Einde inhoudsopgave
Wet op de expertisecentra
Artikel 48d Uitzondering deelname leerling aan doorstroomtoets
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2023
- Bronpublicatie:
09-02-2022, Stb. 2022, 135 (uitgifte: 04-04-2022, kamerstukken: 35671)
- Inwerkingtreding
01-08-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-11-2022, Stb. 2022, 481 (uitgifte: 30-11-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Het bevoegd gezag neemt, indien een leerling verhinderd is de doorstroomtoets als bedoeld in artikel 48c, derde lid, af te leggen, binnen drie weken na het reguliere moment van afname de doorstroomtoets alsnog af, tenzij dit voor de leerling om medische redenen onmogelijk is.
2.
Het bevoegd gezag kan, mede op basis van de gegevens van de toetsen, bedoeld in artikel 48c, eerste lid, bepalen dat door een leerling geen doorstroomtoets wordt afgelegd, indien de leerling:
- a.
zeer moeilijk lerend is;
- b.
meervoudig gehandicapt is en voor wie het zeer moeilijk lerend zijn een van de handicaps is; of
- c.
vier jaar of korter in Nederland is en om die reden de Nederlandse taal onvoldoende beheerst.
3.
Indien het bevoegd gezag toepassing wil geven aan het tweede lid, overlegt het daarover met de ouders voor het reguliere moment van afname, bedoeld in het eerste lid.