Einde inhoudsopgave
Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie najaar 2017
Artikel 46
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2017
- Bronpublicatie:
07-07-2017, Stcrt. 2017, 40231 (uitgifte: 12-07-2017, regelingnummer: WJZ/17088351)
- Inwerkingtreding
01-10-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-07-2017, Stcrt. 2017, 40231 (uitgifte: 12-07-2017, regelingnummer: WJZ/17088351)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Energie
Energierecht / Energieopwekking
De minister verstrekt op aanvraag subsidie aan een producent van hernieuwbare warmte, hernieuwbare elektriciteit of hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte geproduceerd door:
- a.
een productie-installatie waarmee hernieuwbare warmte wordt geproduceerd uitsluitend door middel van allesvergisting, waarbij ten minste de vergister nieuw is;
- b.
een productie-installatie waarmee hernieuwbare warmte wordt geproduceerd uitsluitend door middel van vergisting en co-vergisting van dierlijke mest, waarbij ten minste de vergister nieuw is;
- c.
een productie-installatie waarmee hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte wordt geproduceerd uitsluitend door middel van allesvergisting, waarbij ten minste de vergister nieuw is en waarbij het nominaal elektrisch rendement ten minste 20% bedraagt;
- d.
een productie-installatie waarmee hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte wordt geproduceerd uitsluitend door middel van vergisting en co-vergisting van dierlijke mest, waarbij ten minste de vergister nieuw is en waarbij het nominaal elektrisch rendement ten minste 20% bedraagt;
- e.
een productie-installatie met een vermogen kleiner dan of gelijk aan 400 kW voor elektrisch en thermisch vermogen samen waarmee hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte wordt geproduceerd uitsluitend door middel van vergisting van meer dan 95% dierlijke mest, waarbij ten minste de vergister nieuw is en waarbij het nominaal elektrisch rendement ten minste 20% bedraagt, of
- f.
een productie-installatie met een vermogen kleiner dan of gelijk aan 400 kW waarmee hernieuwbare warmte wordt geproduceerd uitsluitend door middel van vergisting van meer dan 95% dierlijke mest, waarbij ten minste de vergister nieuw is.