Einde inhoudsopgave
Regeling verkrijging en verlies Nederlanderschap
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba; 06.00 uur in het Europese deel van het Koninkrijk.
- Bronpublicatie:
21-09-2010, Stcrt. 2010, 15215 (uitgifte: 30-09-2010, regelingnummer: 5666917/10)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 388 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Deze wijziging treedt tegelijk in werking met de Rijkswet aanpassing rijkswetten aan de oprichting van de nieuwe landen (07-07-2010, Stb. 339).
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Vreemdelingenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
1.
De uitvoeringsautoriteit zendt de in het eerste lid van artikel 12, respectievelijk van artikel 24 en artikel 30 van het Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap genoemde afschriften van de door hem ontvangen optieverklaringen, van de in deze artikelen genoemde documenten en van de bevestigingen van de verkrijging van het Nederlanderschap aan de Minister op de door het hoofd van de Immigratie- en Naturalisatiedienst aan te geven wijze. Op het afschrift van de bevestiging van de verkrijging van het Nederlanderschap vermeldt de uitvoeringsautoriteit de datum waarop de bevestiging ingevolge artikel 29, derde lid dan wel artikel 60a Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap is bekendgemaakt.
2.
De uitvoeringsautoriteiten gevestigd op Aruba, Curaçao of Sint Maarten zenden tevens onverwijld afschriften van de optieverklaringen en de bevestigingen van de verkrijging van het Nederlanderschap aan de Minister van Justitie van Aruba, de Minister van Justitie van Curaçao of de Minister van Justitie van Sint Maarten op de door deze aan te geven wijze.
3.
De burgemeesters zenden de naturalisatieadviezen bedoeld in het eerste lid van artikel 37 van het Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap alsmede van de daarbij behorende documenten aan de Minister op de door het hoofd van de Immigratie- en Naturalisatiedienst aan te geven wijze.
4.
De uitvoeringsautoriteiten gevestigd op Aruba, Curaçao of Sint Maarten zenden de naturalisatieadviezen bedoeld in het eerste lid van artikel 49 van het Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap alsmede van de daarbij behorende documenten aan de Minister van Justitie van Aruba, de Minister van Justitie van Curaçao of de Minister van Justitie van Sint Maarten.
5.
Het hoofd van de Immigratie- en Naturalisatiedienst onderzoekt regelmatig de wijze van afdoening van de optieverklaringen. De uitvoeringsautoriteiten verlenen daaraan medewerking.