Einde inhoudsopgave
Kaderbesluit 2002/584/JBZ betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten
Artikel 34 Uitvoering
Geldend
Geldend vanaf 07-08-2002
- Bronpublicatie:
13-06-2002, PbEG 2002, L 190 (uitgifte: 18-07-2002, regelingnummer: 2002/584/JBZ)
- Inwerkingtreding
07-08-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2002, PbEG 2002, L 190 (uitgifte: 18-07-2002, regelingnummer: 2002/584/JBZ)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De lidstaten nemen de maatregelen die noodzakelijk zijn om uiterlijk op 31 december 2003 aan dit kaderbesluit te voldoen.
2.
De lidstaten delen aan het secretariaat-generaal van de Raad en aan de Commissie de tekst mede van alle bepalingen waarmee zij hun verplichtingen uit hoofde van dit kaderbesluit in hun nationaal recht omzetten. Bij deze mededeling kan iedere lidstaat laten weten dat hij dit kaderbesluit onmiddellijk zal toepassen in zijn betrekkingen met de lidstaten die daarvan op dezelfde wijze kennis hebben gegeven.
Het secretariaat-generaal van de Raad deelt de lidstaten en de Commissie de gegevens mee die het overeenkomstig artikel 7, lid 2, artikel 8, lid 2, artikel 13, lid 4, en artikel 25, lid 2, ontvangt. Het maakt deze ook bekend in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
3.
Op grond van de door het secretariaat-generaal van de Raad verstrekte gegevens, dient de Commissie uiterlijk op 31 december 2004 een verslag over de werking van dit kaderbesluit bij het Europees Parlement en de Raad in, indien nodig vergezeld van wetgevingsvoorstellen.
4.
De Raad evalueert in de tweede helft van 2003 met name de praktische toepassing van de bepalingen van dit kaderbesluit door de lidstaten alsmede de werking van het SIS.