Einde inhoudsopgave
Mijnbouwregeling
Artikel 1.2.2
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
13-12-2021, Stcrt. 2021, 49977 (uitgifte: 16-12-2021, regelingnummer: WJZ/ 21121401)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2021, Stcrt. 2021, 49977 (uitgifte: 16-12-2021, regelingnummer: WJZ/ 21121401)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Waterrecht (V)
Energierecht (V)
1.
Indien bij een melding of aanvraag ingevolge dit hoofdstuk een plaats, traject of gebied moet worden vermeld, wordt dit uitgedrukt in:
- a.
het coördinatenstelsel van de Rijksdriehoeksmeting, indien de plaats, het traject of het gebied zich aan de landzijde van de in de bijlage bij de wet vastgelegde lijn bevindt, en
- b.
geografische coördinaten, berekend volgens het ETRS89 systeem, indien de plaats, het traject of het gebied zich aan de zeezijde van de in de bijlage bij de wet vastgelegde lijn bevindt.
2.
Van een gebied wordt het oppervlak vermeld, uitgedrukt in km2.
3.
Een plaats of een traject wordt, onder vermelding van de coördinaten daarvan, aangegeven op een kaart.
4.
De ligging van een gebied wordt, onder vermelding van de coördinaten van de hoekpunten daarvan, aangegeven op een kaart.
5.
De kaarten, bedoeld in het derde en vierde lid, worden in viervoud overgelegd en zijn getekend op een schaal van 1:50.000.
6.
Het eerste lid tot en met vijfde lid geldt niet voor de gevallen, bedoeld in de artikelen 1.3.2 en 1.3.3, tweede lid.