Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit Douane- en Accijnswet BES
Artikel 2.14
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
21-12-2022, Stb. 2022, 540 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2022, Stb. 2022, 540 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
- Vakgebied(en)
Belastingen van lagere overheden (V)
Belastingrecht algemeen (V)
1.
De inspecteur geeft een certificaat inzake goederenverkeer bij de uitvoer af, indien:
- a.
een internationale overeenkomst of regeling voorziet in een tariefpreferentie bij invoer in een ander land voor goederen die voor de toepassing van de bepalingen van die overeenkomst of regeling geacht worden van oorsprong te zijn uit een van de BES eilanden;
- b.
het certificaat als bewijsstuk kan dienen voor de toepassing van de in onderdeel a bedoelde tariefpreferentie en de preferentiële status van de goederen wordt vastgesteld aan de hand van de afgifte van certificaten door de bevoegde autoriteiten van het begunstigde land; en
- c.
aan de overige voorwaarden van bedoelde internationale overeenkomst of regeling wordt voldaan.
2.
De inspecteur bewaart de verzoeken en de kopieën van de afgegeven certificaten gedurende een periode van ten minste zeven jaren.