Einde inhoudsopgave
Subsidieregeling opschaling volledig hernieuwbare waterstofproductie via elektrolyse
Artikel 4.3 (realisatie- en ingebruiknametermijn)
Geldend
Geldend van 30-09-2023 tot 30-09-2028
- Bronpublicatie:
26-09-2023, Stcrt. 2023, 27014 (uitgifte: 29-09-2023, regelingnummer: WJZ/ 36713828)
- Inwerkingtreding
30-09-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-09-2023, Stcrt. 2023, 27014 (uitgifte: 29-09-2023, regelingnummer: WJZ/ 36713828)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Energie
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Energierecht / Energieopwekking
1.
De subsidieontvanger realiseert de waterstofproductie-installatie zo spoedig mogelijk na de beschikking tot subsidieverlening en neemt de waterstofproductie-installatie in gebruik zo spoedig mogelijk na realisatie maar uiterlijk binnen vier jaar na de beschikking tot subsidieverlening.
2.
De subsidieontvanger realiseert de waterstofproductie-installatie in overeenstemming met het in de aanvraag opgenomen projectplan.
3.
De subsidieontvanger heeft de waterstofproductie-installatie in gebruik volgens de gegevens, die zijn opgenomen in de aanvraag voor subsidie, tot aan de datum van de beschikking tot subsidievaststelling.
4.
De subsidieontvanger stelt de Minister onverwijld op de hoogte van de datum dat hij waterstofproductie-installatie in gebruik neemt.
5.
Zodra aannemelijk is dat vertraging in de realisatie of ingebruikname van de waterstofproductie-installatie zal optreden, stelt de subsidieontvanger de Minister hiervan onverwijld op de hoogte.