Einde inhoudsopgave
Reglement voor de procesvoering van het Gerecht
Artikel 21 Wijze van beraadslagen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2015
- Bronpublicatie:
04-03-2015, PbEU 2015, L 105 (uitgifte: 23-04-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-03-2015, PbEU 2015, L 105 (uitgifte: 23-04-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
EU-recht / Rechtsbescherming
1.
De beraadslagingen van het Gerecht zijn en blijven geheim.
2.
Wanneer een pleitzitting heeft plaatsgevonden, nemen alleen de rechters die daaraan hebben deelgenomen aan de beraadslaging deel.
3.
Iedere rechter draagt bij de beraadslaging zijn gevoelen, met redenen omkleed, voor.
4.
De beslissing van het Gerecht wordt bepaald door het gevoelen van de meerderheid, gelijk dit bij de eindberaadslaging werd gevormd. De volgorde waarin de stemmen worden uitgebracht, is omgekeerd aan die welke in artikel 8 is vastgesteld, met uitzondering van de rechter-rapporteur, die als eerste zijn stem uitbrengt, en de president, die als laatste zijn stem uitbrengt.