Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 1/2003 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag
Artikel 33 Uitvoeringsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 24-01-2003
- Bronpublicatie:
16-12-2002, PbEG 2003, L 1 (uitgifte: 04-01-2003, regelingnummer: 1/2003)
- Inwerkingtreding
24-01-2003
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2002, PbEG 2003, L 1 (uitgifte: 04-01-2003, regelingnummer: 1/2003)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
1.
De Commissie is bevoegd alle dienstige bepalingen tot uitvoering van deze verordening vast te stellen.
Deze bepalingen kunnen onder meer betrekking hebben op:
- a)
de vorm, de inhoud en de overige bijzonderheden van de overeenkomstig artikel 7 ingediende klachten, alsook de procedure voor de afwijzing van klachten;
- b)
de nadere regeling van de uitwisseling van inlichtingen en de raadpleging, bedoeld in artikel 11;
- c)
de nadere regeling van de in artikel 27 bedoelde hoorzittingen.
2.
Alvorens bepalingen uit hoofde van lid 1 vast te stellen, maakt de Commissie het ontwerp daarvan bekend en verzoekt zij alle belanghebbende partijen haar hun opmerkingen te doen toekomen binnen de termijn die zij vaststelt en die niet korter mag zijn dan een maand. Voordat de Commissie een ontwerpbepaling bekendmaakt en voordat zij deze vaststelt, raadpleegt zij het Adviescomité voor mededingingsregelingen en economische machtsposities.