Einde inhoudsopgave
Invorderingswet 1990
Artikel 8 [Bekendmaking van de belastingaanslag]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
19-12-2018, Stb. 2018, 507 (uitgifte: 28-12-2018, kamerstukken: 35027)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2018, Stb. 2018, 507 (uitgifte: 28-12-2018, kamerstukken: 35027)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Invordering / Algemeen
Invordering (V)
1.
De ontvanger maakt de belastingaanslag bekend door verzending of uitreiking van het door de inspecteur voor de belastingschuldige opgemaakte aanslagbiljet.
2.
In afwijking van het eerste lid kan de ontvanger een belastingaanslag ten name van een belastingschuldige die is opgehouden te bestaan of waarvan vermoed wordt dat deze is opgehouden te bestaan bekendmaken door verzending of uitreiking van het aanslagbiljet aan het parket van een ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij de rechtbank binnen het rechtsgebied waarin de laatst bekende vestigingsplaats van de belastingschuldige is gelegen of aan het parket van de ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij de rechtbank Den Haag.
3.
Indien de belastingaanslag op de wijze, bedoeld in het tweede lid, is bekendgemaakt worden zo spoedig mogelijk de volgende gegevens ter publicatie aan de Staatscourant verzonden of uitgereikt:
- a.
de naam van de belastingschuldige;
- b.
de soort belastingaanslag;
- c.
de belastingsoort;
- d.
het belastingjaar;
- e.
de dagtekening van het aanslagbiljet.
4.
Bij toepassing van het derde lid wordt een kopie van het aanslagbiljet verzonden of uitgereikt aan de laatste bestuurders, aandeelhouders en vereffenaars van de belastingschuldige, bedoeld in het tweede lid, voor zover die redelijkerwijs bij de ontvanger bekend kunnen zijn.
5.
Een belastingaanslag is door de belastingschuldige in zijn geheel verschuldigd.