Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling Kadasterwet 1994
Artikel 33
Geldend
Geldend vanaf 29-04-1995
- Bronpublicatie:
20-04-1995, Stcrt. 1995, 82 (uitgifte: 27-04-1995, regelingnummer: MJZ31395045)
- Inwerkingtreding
29-04-1995
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-1995, Stcrt. 1995, 82 (uitgifte: 27-04-1995, regelingnummer: MJZ31395045)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Goederenrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Algemeen
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Insolventierecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De in artikel 9 van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992 bedoelde certificaten en duplicaten van certificaten hebben de vorm van het model dat als bijlage 2 bij deze regeling is gevoegd onder toevoeging van het woord ‘certificaat’ dan wel, ingeval artikel 10, eerste lid, van die maatregel van toepassing is, ‘vervangend certificaat’, onderscheidenlijk ‘duplicaat-certificaat’. De in de eerste zin genoemde documenten worden aan de achterzijde voorzien van een tekst met de vorm van het model dat als bijlage 3 bij deze regeling is gevoegd, met dien verstande dat ingeval van afgifte van vervangende certificaten dan wel van duplicaten van certificaten het woord ‘certificaat’ wordt gewijzigd in ‘vervangend certificaat’ onderscheidenlijk ‘duplicaat-certificaat’.
2.
De in artikel 36 van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992 bedoelde verzoeken, verklaringen en aangiften, met uitzondering van de in artikel 35, eerste lid, eerste zin, van die maatregel bedoelde aangifte, hebben de vorm van de modellen die als bijlagen 4 tot en met 13 bij deze regeling zijn gevoegd.