Einde inhoudsopgave
Algemene douanewet
Artikel 11:5
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2008
- Bronpublicatie:
03-04-2008, Stb. 2008, 111 (uitgifte: 15-04-2008, kamerstukken: 30580)
- Inwerkingtreding
01-08-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-07-2008, Stb. 2008, 286 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Douane (V)
1.
In zaken waarin de inspecteur het proces-verbaal niet ingevolge het bepaalde in artikel 11:3, tweede lid, aan de officier van justitie heeft doen toekomen, geldt ten aanzien van de inspecteur hetgeen in artikel 116 van het Wetboek van Strafvordering ten aanzien van het openbaar ministerie is bepaald.
2.
In de zaken, bedoeld in het eerste lid, wordt bij de toepassing van de artikelen 552a en 552ab van het Wetboek van Strafvordering, alvorens het gerecht ingevolge artikel 552a, vijfde lid, onderscheidenlijk artikel 552ab, vierde lid, van dat artikel een beschikking neemt, ook de inspecteur in de gelegenheid gesteld te worden gehoord en is, in afwijking van het bepaalde in artikel 552d van dat wetboek, niet het openbaar ministerie doch de inspecteur bevoegd tot het instellen van beroep in cassatie. De griffier van het gerecht hetwelk in die zaken ingevolge artikel 552a, vijfde lid, of artikel 552ab, vierde lid, van dat wetboek een beschikking neemt, deelt deze onverwijld mee aan de inspecteur.