Einde inhoudsopgave
Subsidieregeling procesondersteuning opschaling renovatieprojecten
Artikel 5 Subsidieactiviteiten en -voorwaarden
Geldend
Geldend van 08-11-2023 tot 01-01-2028
- Bronpublicatie:
30-10-2023, Stcrt. 2023, 30341 (uitgifte: 07-11-2023, regelingnummer: 2023-0000602558)
- Inwerkingtreding
08-11-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-10-2023, Stcrt. 2023, 30341 (uitgifte: 07-11-2023, regelingnummer: 2023-0000602558)
- Vakgebied(en)
Bouwrecht / Veiligheid en milieu
Staatssteun (V)
Bestuursrecht algemeen / Subsidie
Bouwrecht / Algemeen
1.
De minister kan subsidie verstrekken aan de penvoerder voor de kosten voor een procesondersteuner voor het opstellen of het pogen op te stellen van een door alle partijen geaccordeerd verduurzamingsplan en het ondersteunen van een samenwerkingsverband ten behoeve van de voorbereiding van een gezamenlijk renovatieproject voor de verduurzaming van een aantal woningen binnen het samenwerkingsverband, mits het renovatieproject voldoet aan de eisen, bedoeld in het tweede lid.
2.
Een renovatieproject bestaat uit de verduurzaming van ten minste 30 koopwoningen of 100 huurwoningen met een bouwjaar tot 1995, waarbij voor alle woningen tenminste een combinatie van dezelfde twee energiebesparende isolatiemaatregelen genoemd in het derde lid, worden uitgevoerd.
3.
Energiebesparende isolatiemaatregelen zijn het door een bouwbedrijf laten aanbrengen van isolatiemateriaal, dat is voorzien van een prestatieverklaring of meldcode, voor één of meer van de volgende typen energiebesparende isolatiemaatregelen:
- a.
dakisolatie dan wel zolder- of vlieringvloerisolatie, waarbij:
- 1°
ten minste 20 vierkante meter van de oppervlakte van het bestaande dak in de bestaande thermische schil dan wel, indien de zolder of vliering onverwarmd is, van ten minste 20 vierkante meter van de oppervlakte van de bestaande zolder- of vlieringvloer, wordt geïsoleerd;
- 2°
het isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft; en
- 3°
het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen;
- b.
gevelisolatie, waarbij:
- 1°
ten minste 10 vierkante meter van de oppervlakte van de binnen- of buitengevel van de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd; en
- 2°
het isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft;
- c.
glas-, kozijnpaneel- of deurisolatie in de bestaande thermische schil door het vervangen van ten minste 8 vierkante meter, gemeten op basis van binnenwerkse maten, door:
- 1°
glas, kozijnpanelen of deuren door HR++ glas, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende kozijnpanelen of nieuwe isolerende deuren met een Ud-waarde van ten hoogste 1,5 W/m2K; of
- 2°
glas, kozijnpanelen of deuren door triple-glas, in combinatie met een nieuw isolerend kozijn met een Uf-waarde van ten hoogste 1,5 W/ m2K, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende kozijnpanelen of nieuwe isolerende deuren met een Ud-waarde van ten hoogste 1,0 W/m2K;
- d.
spouwmuurisolatie, waarbij:
- 1°
ten minste 10 vierkante meter van de oppervlakte van bestaande spouwmuren in de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd;
- 2°
het isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 1,1 m2K/W heeft; en
- 3°
het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen;
- e.
vloer- dan wel bodemisolatie, waarbij:
- 1°
ten minste 20 vierkante meter van de oppervlakte van de bestaande vloer of de bestaande bodem in de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd;
- 2°
het isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft; en
- 3°
het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.
4.
Het verduurzamingsplan is opgesteld door de procesondersteuner, en bevat ten minste één door de woningeigenaren getekende offerte voor alle uit te voeren energiebesparende isolatiemaatregelen bij alle woningen, van uitvoerders van het renovatieproject.
5.
Subsidie op grond van het eerste lid, wordt slechts eenmaal per woning die onderdeel is van een samenwerkingsverband verstrekt.
6.
Op grond van het eerste lid, kan ook subsidie worden verstrekt, indien de bedoelde activiteiten ook uit anderen hoofde zijn of worden gesubsidieerd of gefinancierd.
7.
In afwijking van het zesde lid wordt geen subsidie verstrekt, indien de begunstigde van de subsidie reeds subsidie heeft ontvangen voor de activiteiten, bedoeld in het eerste lid, op grond van de Subsidieregeling Verduurzaming voor Vereniging van Eigenaars.
8.
In afwijking van het zesde lid wordt geen subsidie verstrekt ten behoeve van het samenwerkingsverband als blijkt dat een begunstigde van staatssteun meer steun ontvangt dan is toegestaan op basis van de de-minimisverordening.