Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen het Koninkrijk Noorwegen en het Koninkrijk der Nederlanden tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen
Artikel 24 [Werkzaamheden buitengaats]
Geldend
Geldend vanaf 30-11-2013
- Bronpublicatie:
23-04-2013, Trb. 2013, 94 (uitgifte: 31-05-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
30-11-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2013, Trb. 2013, 236 (uitgifte: 25-11-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
De bepalingen van dit artikel vinden toepassing niettegenstaande enige andere bepaling van deze Overeenkomst.
2.
Een onderneming van een van de Staten die in de andere Staat buitengaats werkzaamheden verricht in verband met de exploratie of exploitatie van de in die andere Staat gelegen zeebodem en de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen, wordt, onder voorbehoud van het derde en vierde lid van dit artikel, geacht ter zake van die werkzaamheden in die andere Staat een bedrijf uit te oefenen door middel van een aldaar gevestigde vaste inrichting.
3.
De bepalingen van het tweede lid van dit artikel zijn niet van toepassing indien de aldaar bedoelde werkzaamheden in de andere Staat worden verricht gedurende een tijdvak of tijdvakken die in een tijdvak van 12 maanden een totaal van 30 dagen niet te boven gaan. Voor de toepassing van dit lid:
- a.
wordt een onderneming die in de andere Staat werkzaamheden verricht als bedoeld in het tweede lid van dit artikel en die is gelieerd aan een andere onderneming die aldaar in wezen gelijksoortige werkzaamheden verricht, geacht al die werkzaamheden van de laatstbedoelde onderneming te verrichten, behoudens in zoverre die werkzaamheden tegelijkertijd met haar eigen werkzaamheden worden verricht;
- b.
wordt een onderneming geacht gelieerd te zijn aan een andere onderneming indien de een onmiddellijk of middellijk deelneemt aan de leiding van, aan het toezicht op dan wel in het kapitaal van de ander of indien dezelfde personen onmiddellijk of middellijk deelnemen aan de leiding van, aan het toezicht op dan wel in het kapitaal van beide ondernemingen.
4.
Voordelen verkregen door een inwoner van een van de Staten uit het vervoer van voorraden of personeel naar een plaats, of tussen plaatsen, in een van de Staten waar werkzaamheden worden verricht in verband met de exploratie of exploitatie van de zeebodem en de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen, of uit de exploitatie van sleepboten en andere schepen die bij zulke werkzaamheden behulpzaam zijn, zijn slechts belastbaar in de Staat waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen.
5
a)
Onder voorbehoud van onderdeel b van dit lid mogen salarissen, lonen en andere soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een van de Staten ter zake van een dienstbetrekking in verband met de exploratie of exploitatie van de in de andere Staat gelegen zeebodem en de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen, in zoverre de dienstbetrekking in die andere Staat buitengaats wordt uitgeoefend, in die andere Staat worden belast mits de dienstbetrekking buitengaats wordt uitgeoefend gedurende een tijdvak of tijdvakken die in een tijdvak van 12 maanden een totaal van 30 dagen te boven gaan;
b.
Salarissen, lonen en andere soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een van de Staten ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip of luchtvaartuig dat betrokken is bij het vervoer van voorraden of personeel naar een plaats, of tussen plaatsen, in een van de Staten waar werkzaamheden worden verricht in verband met de exploratie of exploitatie van de zeebodem en de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen, of ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een sleepboot of andere schepen die bij zulke werkzaamheden behulpzaam zijn, zijn slechts belastbaar in de Staat waarvan de werknemer inwoner is.
6.
Voordelen, verkregen door een inwoner van een van de Staten uit de vervreemding van rechten op goederen die worden voortgebracht met de exploratie of exploitatie van de in de andere Staat gelegen zeebodem en de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen, waaronder begrepen rechten ter zake van belangen bij die goederen of de voordelen daaruit of uit de vervreemding van aandelen die hun waarde geheel of grotendeels, onmiddellijk of middellijk aan deze rechten ontlenen, mogen in die andere Staat worden belast.