Mediawet BES
Artikel 11
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
15-06-2022, Stb. 2022, 292 (uitgifte: 13-07-2022, kamerstukken: 35489)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-08-2022, Stb. 2022, 341 (uitgifte: 02-09-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Media
1.
Het Commissariaat wijst jaarlijks op aanvraag een aantal uren zendtijd op de omroepdiensten toe aan een politieke partij die bij de laatst gehouden verkiezing van de leden van de Tweede of Eerste Kamer der Staten-Generaal of een eilandsraad één of meer zetels heeft verworven.
2.
Het Commissariaat wijst een aantal uren op de omroepdiensten toe aan:
- a.
politieke partijen die deelnemen aan de verkiezing van leden van de eilandsraad van het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba;
- b.
politieke partijen die in ten minste negentien kieskringen aan de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal deelnemen; en
- c.
politieke partijen die in Nederland aan de verkiezing van de leden van het Europese Parlement deelnemen.
3.
Het Commissariaat wijst de dagen en tijdstippen aan waarop de toegewezen uren, bedoeld in het eerste en tweede lid, beschikbaar worden gesteld. De uren, bedoeld in het tweede lid, zijn beschikbaar in een door het Commissariaat te bepalen periode die onmiddellijk voorafgaat aan de dag die in Nederland respectievelijk het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba voor de desbetreffende verkiezing is vastgesteld.
4.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over het totaal aan ter beschikking te stellen uren per omroepdienst en de indiening van en de besluitvorming op een aanvraag.
5.
Een politieke partij gebruikt haar zendtijd geheel en alleen voor programma-aanbod op politiek terrein.