Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1727 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust), en tot vervanging en intrekking van Besluit 2002/187/JBZ
Artikel 15 Jaarlijkse en meerjarige programmering
Geldend
Geldend vanaf 11-12-2018
- Bronpublicatie:
14-11-2018, PbEU 2018, L 295 (uitgifte: 21-11-2018, regelingnummer: 2018/1727)
- Inwerkingtreding
11-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-11-2018, PbEU 2018, L 295 (uitgifte: 21-11-2018, regelingnummer: 2018/1727)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Privacy / Algemeen
EU-recht / Instituties
Politierecht / Organisatie
Staatsrecht / Rechtspraak
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Uiterlijk op 30 november van elk jaar stelt het college een programmeringsdocument vast met de jaarlijkse en meerjarige programmering op basis van een door de administratief directeur opgesteld ontwerp, rekening houdend met het advies van de Commissie. Het college stuurt het programmeringsdocument door aan het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en het EOM. Het programmeringsdocument wordt definitief na de definitieve vaststelling van de algemene Uniebegroting en wordt indien nodig dienovereenkomstig aangepast.
2.
Het jaarlijkse werkprogramma omvat een gedetailleerde beschrijving van de doelstellingen en de beoogde resultaten, inclusief prestatie-indicatoren om. Het bevat ook een beschrijving van de te financieren activiteiten en een indicatie van de financiële en personele middelen die aan iedere activiteit worden toegewezen, overeenkomstig de beginselen die gelden voor activiteitgestuurde begroting en beheer. Het jaarlijkse werkprogramma moet stroken met het in lid 4 bedoelde meerjarige werkprogramma. Het vermeldt duidelijk welke taken zijn toegevoegd, gewijzigd of geschrapt ten opzichte van het vorige begrotingsjaar.
3.
Het college past het vastgestelde jaarlijkse werkprogramma aan wanneer Eurojust een nieuwe taak krijgt toegewezen. Iedere wezenlijke verandering van het jaarlijkse werkprogramma wordt vastgesteld volgens dezelfde procedure als het oorspronkelijke jaarlijkse werkprogramma. Het college kan aan de administratief directeur de bevoegdheid delegeren om niet-wezenlijke veranderingen door te voeren in het jaarlijkse werkprogramma.
4.
Het meerjarige werkprogramma omvat de algemene strategische programmering, met inbegrip van doelstellingen, de in artikel 52 bedoelde strategie voor samenwerking met de autoriteiten van derde landen en internationale organisaties, beoogde resultaten en prestatie-indicatoren. Het bevat ook de programmering van de middelen, met inbegrip van de meerjarige begroting en de personele middelen. De programmering van de middelen wordt jaarlijks bijgewerkt. De strategische programmering wordt in voorkomend geval bijgewerkt, met name om rekening te houden met de resultaten van de in artikel 69 bedoelde evaluatie.