Einde inhoudsopgave
Advocatenwet
Artikel 16f [Verhouding eigen beroepsregels met Nederlandse]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
01-10-2014, Stb. 2014, 354 (uitgifte: 15-10-2014, kamerstukken: 32382)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-11-2014, Stb. 2014, 429 (uitgifte: 14-11-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
Staatsrecht / Rechtspraak
Ten aanzien van andere werkzaamheden, bij wijze van dienstverrichting, dan die bedoeld in het eerste lid van artikel 16d, blijven bezoekende advocaten onderworpen aan de voorwaarden en de beroepsregels van de staat van herkomst. Zij dienen daarnaast de voor in Nederland ingeschreven advocaten geldende beroepsregels in acht te nemen, met name die betreffende:
- (a)
de onverenigbaarheid van het uitoefenen van de werkzaamheden van advocaat met het verrichten van andere werkzaamheden in Nederland,
- (b)
de verhouding tot andere advocaten en
- (c)
het verbod van bijstand door een zelfde advocaat aan partijen met tegenstrijdige belangen.
Laatstbedoelde regels zijn slechts toepasselijk voor zover zij kunnen worden nageleefd door een advocaat die niet in Nederland is gevestigd en de naleving ervan objectief gerechtvaardigd is ten einde in Nederland de behoorlijke uitoefening van de werkzaamheden van advocaten, de waardigheid van het beroep en de inachtneming van de bedoelde regels inzake onverenigbaarheid te verzekeren.