Einde inhoudsopgave
Besluit bewapening en overige uitrusting politie BES
Artikel 23
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Aruba, Curacao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van het Koninkrijk.
- Bronpublicatie:
30-09-2010, Stb. 2010, 378 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-09-2010, Stb. 2010, 387 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Dit besluit treedt bij de Rijkswet politie van Curacao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (07-07-2010, Stb. 337) tegelijk in werking met art. I en II van de Rijkswet wijziging Statuut in verband met de opheffing van de Nederlandse Antillen (07-09-2010, Stb. 333).
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Aan een keuring van een combinatie van een geleider en een politiesurveillancehond kunnen deelnemen ambtenaren van politie als bedoeld in artikel 3, onder a en c, van de rijkswet, vanaf de hoofdrang van agent die zijn aangewezen als geleider.
2.
De keuring van een combinatie van een geleider en een politiesurveillancehond geschiedt door de keuringscommissie voor de politiesurveillancehond op basis van het keuringsreglement voor de politiesurveillancehond als bedoeld in artikel 19, tweede lid.
3.
Het keuringsreglement voor de politiesurveillancehond bevat ten minste de volgende eisen:
- a.
gehoorzaamheid van de politiesurveillancehond aan de geleider;
- b.
een goede samenwerking van de politiesurveillancehond met de geleider;
- c.
de vaardigheid van de politiesurveillancehond in het kunnen nemen van alle hindernissen die voor een goed functioneren in de praktijk noodzakelijk zijn;
- d.
het vermogen van de surveillancehond om op commando van de geleider geweld tegen derden toe te passen respectievelijk te beëindigen.
4.
De politiesurveillancehond wordt gedurende de keuring geleid door zijn geleider.
5.
Indien de keuring niet met goed gevolg wordt afgelegd, bestaat de mogelijkheid van maximaal twee herkansingen.