Einde inhoudsopgave
Mededeling 2012/C 8/02 betreffende de toepassing van de staatssteunregels van de Europese Unie op voor het verrichten van diensten van algemeen economisch belang verleende compensatie
3.5 Vermijden van overcompensatie
Geldend
Geldend vanaf 11-01-2012
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging en de datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
11-01-2012, PbEU 2012, C 8 (uitgifte: 11-01-2012, regelingnummer: 2012/C 8/02)
- Inwerkingtreding
11-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-01-2012, PbEU 2012, C 8 (uitgifte: 11-01-2012, regelingnummer: 2012/C 8/02)
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Staatssteun (V)
60
Volgens het derde Altmark-criterium mag de compensatie niet hoger zijn dan nodig is om de kosten van de uitvoering van de openbaredienstverplichtingen, rekening houdende met de opbrengsten alsmede met een redelijke winst, geheel of gedeeltelijk te dekken. Daarom moeten de mechanismen met betrekking tot de selectie van de dienstverrichter zodanig worden vastgesteld dat de hoogte van de compensatie wordt bepaald op grond van deze elementen.
61
Onder ‘redelijke winst’ moet worden verstaan een rendement op kapitaal (1) dat zou worden verlangd door een gemiddelde onderneming die onderzoekt of zij de dienst van algemeen economisch belang moet verrichten voor de hele duur van de periode waarvoor de onderneming met het beheer van de dienst van algemeen economisch belang wordt belast, rekening houdende met de omvang van het risico voor de onderneming. Het risico hangt af van de sector, het soort dienst en de kenmerken van het compensatiemechanisme. Het percentage dient zoveel mogelijk te worden bepaald ten opzichte van het rendement op kapitaal dat wordt behaald voor vergelijkbare soorten openbaredienstcontracten in concurrerende omstandigheden (bijvoorbeeld contracten die worden gegund op basis van een aanbesteding). In sectoren waar er geen onderneming is die met de met de dienst van algemeen economisch belang belaste onderneming te vergelijken valt, kunnen vergelijkbare ondernemingen uit andere lidstaten of zo nodig uit andere sectoren als referentie dienen, mits met de specifieke kenmerken van elke sector rekening wordt gehouden. Om te bepalen wat een redelijke winst is, mag de lidstaat stimulerende criteria invoeren, met betrekking tot, met name, de kwaliteit van de verrichte dienst en winst inzake productie-efficiëntie. Efficiëntiewinsten mogen niet ten koste gaan van de kwaliteit van de dienstverlening.
Voetnoten
Onder ‘rendement op kapitaal’ wordt verstaan de interne opbrengstvoet (IRR) die de onderneming voor de looptijd van het project op haar geïnvesteerde kapitaal behaalt, d.w.z. de IRR op de kasstromen van het contract.