Richtlijn 2002/55/EG betreffende het in de handel brengen van groentezaad
Artikel 27
Geldend vanaf 09-08-2002
- Bronpublicatie:
13-06-2002, PbEG 2002, L 193 (uitgifte: 20-07-2002, regelingnummer: 2002/55/EG)
- Inwerkingtreding
09-08-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2002, PbEG 2002, L 193 (uitgifte: 20-07-2002, regelingnummer: 2002/55/EG)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
De lidstaten schrijven voor dat verpakkingen van basiszaad en gecertificeerd zaad, behalve kleine EG-verpakkingen van gecertificeerd zaad, officieel of onder officieel toezicht zodanig worden gesloten dat zij niet kunnen worden geopend zonder dat het sluitingssysteem wordt beschadigd of het in artikel 28, lid 1, bedoelde officiële etiket of de verpakking sporen van manipulatie vertoont.
Voor een goede sluiting moet ten minste het officiële etiket in het sluitingssysteem worden verwerkt of wel moet op de sluiting een officieel zegel worden aangebracht.
De in de tweede alinea bedoelde maatregelen zijn niet beslist noodzakelijk voor een sluitingssysteem dat niet opnieuw kan worden gebruikt.
Volgens de in artikel 46, lid 2, bedoelde procedure kan worden vastgesteld of een bepaald sluitingssysteem aan de bepalingen van dit lid voldoet.
2.
Wanneer het officieel gesloten verpakkingen betreft, mag een, eventueel herhaalde, nieuwe sluiting slechts officieel of onder officieel toezicht geschieden. In dat geval wordt op het in artikel 28, lid 1, voorgeschreven etiket ook melding gemaakt van de laatste nieuwe sluiting, van de datum daarvan en van de dienst die haar heeft verricht.
3.
De lidstaten schrijven voor dat verpakkingen van standaardzaad en kleine verpakkingen van gecertificeerd zaad zodanig worden gesloten dat zij niet kunnen worden geopend zonder dat het sluitingssysteem wordt beschadigd of het in artikel 28, lid 3, bedoelde etiket of de verpakking sporen van manipulatie vertoont. Met uitzondering van kleine verpakkingen worden zij bovendien door de voor het aanbrengen van de etiketten verantwoordelijke persoon van een loodje of een gelijkwaardige sluiting voorzien. Volgens de in artikel 46, lid 2, bedoelde procedure kan worden vastgesteld of een bepaald sluitingssysteem aan de bepalingen van dit lid voldoet. Een, eventueel herhaalde, nieuwe sluiting van kleine verpakkingen van de categorie gecertificeerd zaad mag slechts onder officieel toezicht geschieden.
4.
De lidstaten kunnen voorzien in afwijkingen van lid 1 en lid 2 voor op hun grondgebied gesloten kleine verpakkingen. Volgens de in artikel 46, lid 2, bedoelde procedure kunnen voorwaarden voor deze afwijkingen worden vastgesteld.