Einde inhoudsopgave
Faillissementswet
Artikel 361 [Procesvertegenwoordiging]
Geldend
Geldend vanaf 23-12-2017
- Bronpublicatie:
13-12-2017, Stb. 2017, 497 (uitgifte: 22-12-2017, kamerstukken: 34729)
- Inwerkingtreding
23-12-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2017, Stb. 2017, 497 (uitgifte: 22-12-2017, kamerstukken: 34729)
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Schuldsanering natuurlijke personen
1.
De verzoeken, te doen ingevolge de artikelen 292, eerste en derde lid, 315, eerste lid, 348, 349a, tweede lid, 350, eerste lid, 351, eerste lid, 355, eerste lid, en 358a, eerste lid, moeten door een advocaat zijn ondertekend, behalve wanneer een verzoek wordt gedaan door de bewindvoerder of, bij een verzoek ingevolge artikel 350, eerste lid, door de schuldenaar.
2.
Verzoeken op de voet van artikel 46 van de in artikel 5, derde lid, genoemde verordening worden ingediend door een advocaat.
3.
Voor het instellen van beroep in cassatie is steeds de medewerking nodig van een advocaat bij de Hoge Raad.