Einde inhoudsopgave
Regeling luchtvaartvertoningen
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
21-11-2023, Stcrt. 2023, 32008 (uitgifte: 24-11-2023, regelingnummer: IENW/BSK-2023/324119)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2023, Stcrt. 2023, 32008 (uitgifte: 24-11-2023, regelingnummer: IENW/BSK-2023/324119)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1.
De begripsbepalingen van de Wet luchtvaart en de daarop berustende bepalingen zijn van toepassing op deze regeling.
2.
Voorts wordt in deze regeling verstaan onder:
baan: een al dan niet verhard gedeelte van het terrein, waar de luchtvaartvertoning wordt gehouden, bestemd voor het opstijgen en landen van demonstratietoestellen;
beoordelaar: een door de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart aangewezen persoon die bedreven is in het beoordelen van kunstvluchten;
deelnemer: een persoon die op basis van artikel 18, eerste lid, als deelnemer tot de luchtvaartvertoning is toegelaten;
demonstratietoestel: een luchtvaartuig dat onderdeel uitmaakt van de luchtvaartvertoning, onderverdeeld in de volgende categorieën:
- 1°
categorie A: vliegtuig, zweefvliegtuig, helikopter, luchtschip;
- 2°
categorie B: vrije ballon;
- 3°
categorie C: zeilvliegtuig, schermvliegtuig, valschermzweeftoestel, valscherm, modelvliegtuig, kabelvlieger, kleine ballon en paramotortrike;
langsvlucht: een vlucht waarbij een demonstratietoestel in een éénparige en rechte lijn boven het vertoningterrein vliegt;
luchthaveninformatieverstrekker: een persoon met een bewijs van bevoegdheid als bedoeld in artikel 18, eerste lid, onderdeel d, van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart, dat geldig is voor de luchtvaartvertoning;
luchtvaartvertoning: een evenement met één of meer demonstratietoestellen in de lucht, georganiseerd om aan publiek amusement te verschaffen, behoudens:
- 1°
evenementen die uitsluitend bestaan uit maximaal vijf vrije ballonnen;
- 2°
evenementen die uitsluitend bestaan uit de demonstratietoestellen: zeilvliegtuigen, schermvliegtuigen, valschermen, modelvliegtuigen, kabelvliegers, kleine ballons of paramotortrikes;
- 3°
evenementen die bestaan uit een combinatie van de onder 2° bedoelde demonstratietoestellen mits deze niet in een onderdeel worden samengevoegd;
minister: de Minister van Infrastructuur en Waterstaat;
obstakel: een roerende of onroerende zaak, zowel tijdelijk als permanent, of een deel daarvan, die een belemmering vormt voor een luchtvaartuig, in een gebied bestemd voor bewegingen van een luchtvaartuig op de grond dan wel uitsteekt boven een omschreven vlak ter bescherming van een luchtvaartuig in zijn vlucht;
onderdeel: een afzonderlijk punt van het vertoningprogramma bestaande uit één demonstratietoestel of meer demonstratietoestellen die gelijktijdig optreden, waarbij de deelnemers onderlinge afspraken hebben gemaakt over de uitvoering van het onderdeel;
organisator: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de houder is van de vergunning;
plaatselijke vlucht: iedere vlucht die vertrekt van of aankomt op het vertoningterrein en die geen deel uitmaakt van de luchtvaartvertoning;
publiekgebied: het gebied, waaronder begrepen het parkeerterrein, gereserveerd voor toeschouwers;
publieklijn: de voorste rand van gebieden die toegankelijk zijn voor toeschouwers voor wie de luchtvaartvertoning of een onderdeel van de luchtvaartvertoning plaatsvindt;
tijdelijk gebied met beperkingen: krachtens artikel 9 van het Besluit luchtverkeer 2014 door de minister aangewezen gebied met beperkingen;
vergunning: de vergunning als bedoeld in artikel 17 van de Luchtvaartwet afgegeven door de minister;
verordening (EU) nr. 923/2012:uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie van 26 september 2012 tot vaststelling van gemeenschappelijke luchtverkeersregels en operationele bepalingen betreffende luchtvaartnavigatiediensten en -procedures en tot wijziging van uitvoeringsverordening (EU) nr. 1035/2011 en verordeningen (EG) nr. 1265/2007, (EG) 1794/2006, (EG) nr. 730/2006, (EG) nr. 1033/2006 en (EU) nr. 255/2010 (PbEU 2012, L 281);
vertoningdirecteur: de persoon die namens de organisator belast is met de leiding en veilige uitvoering van een luchtvaartvertoning;
vertoninggebied: de luchtruimte waarbinnen de luchtvaartvertoning plaatsvindt;
vertoninglicentie: schriftelijke verklaring van bekwaamheid voor het vliegen tijdens luchtvaartvertoningen;
vertoninglijn: een lijn die aangeeft tot hoever een demonstratietoestel de publieklijn mag naderen;
vertoningprogramma: het samenstel van onderdelen van de luchtvaartvertoning;
vertoningterrein: het water- dan wel landoppervlak waarboven de luchtvaartvertoning hoofdzakelijk plaatsvindt;
vertoningvlucht: iedere vlucht met een demonstratietoestel die wordt uitgevoerd in het kader van een luchtvaartvertoning.
3.
Onder luchtvaartvertoning wordt mede verstaan een luchtvaartwedstrijd, georganiseerd om aan publiek amusement te verschaffen.
4.
Voor de toepassing van deze regeling wordt onder luchtvaartwedstrijd als bedoeld in het derde lid, verstaan elk binnen het vertoninggebied uitgevoerd onderdeel met een of meer demonstratietoestellen in de lucht ter vaststelling of vergelijking van prestaties hetzij van de deelnemers, hetzij van de demonstratietoestellen.