Verordening (EEG, Euratom) Nr. 1182/71 houdende vaststelling van de regels die van toepassing zijn op termijnen, data en aanvangs- en vervaltijden
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1971
- Bronpublicatie:
03-06-1971, PbEG 1971, L 124 (uitgifte: 08-06-1971, regelingnummer: 1182/71)
- Inwerkingtreding
01-07-1971
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-06-1971, PbEG 1971, L 124 (uitgifte: 08-06-1971, regelingnummer: 1182/71)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Energierecht (V)
1.
Wanneer een in uren omschreven termijn ingaat op het ogenblik waarop een gebeurtenis of een handeling plaatsvindt, wordt het uur waarin deze gebeurtenis of handeling plaatsvindt, niet bij de termijn inbegrepen.
Wanneer een in dagen, weken, maanden of jaren omschreven termijn ingaat op het ogenblik waarop een gebeurtenis of handeling plaatsvindt, wordt de dag waarop deze gebeurtenis of handeling plaatsvindt, niet bij de termijn inbegrepen.
2.
Behoudens het bepaalde in de leden 1 en 4:
- a)
gaat een in uren omschreven termijn in bij de aanvang van het eerste uur ervan en loopt deze termijn af bij het einde van het laatste uur ervan;
- b)
gaat een in dagen omschreven termijn in bij de aanvang van het eerste uur van de eerste dag ervan en loopt deze termijn af bij het einde van het laatste uur van de laatste dag ervan;
- c)
gaat een in weken, maanden of jaren omschreven termijn in bij de aanvang van het eerste uur van de eerste dag van de termijn en loopt deze termijn af bij het einde van het laatste uur van de dag die — in de laatste week, de laatste maand of het laatste jaar — dezelfde naam of cijferaanduiding heeft als de dag waarop de termijn ingaat. Indien in de laatste maand van een termijn die is omschreven in maanden of jaren, de dag die bepalend is voor het einde van de termijn, ontbreekt, dan loopt deze termijn af bij het einde van het laatste uur van de laatste dag van deze maand;
- d)
wordt, indien een termijn gedeelten van een maand omvat, voor de berekening van deze gedeelten een maand geacht uit dertig dagen te bestaan.
3.
Feestdagen, zondagen en zaterdagen zijn bij de termijnen inbegrepen, behalve indien deze dagen daarvan uitdrukkelijk zijn uitgesloten of indien de termijnen in werkdagen zijn omschreven.
4.
Indien de laatste dag van een anders dan in uren omschreven termijn een feestdag, een zondag of een zaterdag is, dan loopt deze termijn af bij het einde van het laatste uur van de daaropvolgende werkdag.
Deze bepaling is niet van toepassing op termijnen die met terugwerkende kracht vanaf een bepaalde datum of gebeurtenis worden berekend.
5.
Elke termijn van twee of meer dagen bevat ten minste twee werkdagen.