Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/429 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (‘diergezondheidswetgeving’)
Artikel 20 Rapportage in de Unie
Geldend
Geldend vanaf 20-04-2016
- Bronpublicatie:
09-03-2016, PbEU 2016, L 84 (uitgifte: 31-03-2016, regelingnummer: 2016/429)
- Inwerkingtreding
20-04-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-03-2016, PbEU 2016, L 84 (uitgifte: 31-03-2016, regelingnummer: 2016/429)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Dierenrecht / Algemeen
1.
De lidstaten rapporteren bij de Commissie en de andere lidstaten informatie over in de lijst opgenomen ziekten als bedoeld in artikel 9, lid 1, onder e), waarvoor:
- a)
geen onmiddellijke uitbraakmelding in de zin van artikel 19, lid 1, is vereist;
- b)
een onmiddellijke uitbraakmelding in de zin van artikel 19, lid 1, is vereist, maar waarvoor aan de Commissie en de andere lidstaten aanvullende informatie moet worden meegedeeld betreffende:
- i)
bewaking overeenkomstig de bepalingen van een krachtens artikel 30 vastgestelde uitvoeringshandeling;
- ii)
een uitroeiingsprogramma overeenkomstig de bepalingen van een krachtens artikel 35 vastgestelde uitvoeringshandeling.
2.
De in lid 1 bedoelde rapporten bevatten informatie over:
- a)
de opsporing van de in lid 1 bedoelde in de lijst opgenomen ziekten;
- b)
de bewakingsresultaten indien dat overeenkomstig de krachtens artikel 29, onder d), ii), of artikel 30, lid 1, onder b), ii), vastgestelde bepalingen is vereist;
- c)
de resultaten van bewakingsprogramma's indien dat overeenkomstig artikel 28, lid 3, en krachtens artikel 29, onder d), ii), of artikel 30, lid 1, onder b), ii), vastgestelde bepalingen is vereist;
- d)
uitroeiingsprogramma's indien dat overeenkomstig artikel 34 en de bepalingen van een krachtens artikel 35 vastgestelde uitvoeringshandeling is vereist.
3.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 264 gedelegeerde handelingen vast te stellen met betrekking tot bepalingen ter aanvulling van de voorschriften in lid 2 en betreffende de rapportage over andere aangelegenheden betreffende bewakings- en uitroeiingsprogramma's wanneer dat noodzakelijk is voor een doeltreffende toepassing van de bepalingen van deze verordening inzake preventie en bestrijding van ziekten.