Einde inhoudsopgave
Besluit algemene rechtspositie politie
Artikel 28b
Geldend
Geldend van 01-01-2020 tot 01-04-2025
- Bronpublicatie:
13-12-2019, Stb. 2019, 495 (uitgifte: 20-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2019, Stb. 2019, 495 (uitgifte: 20-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De ambtenaar kan bij het bevoegd gezag een aanvraag indienen om gedurende het eerstvolgende kalenderjaar minder uren te werken dan het aantal uren dat op grond van artikel 12, vierde, vijfde en zesde lid, voor hem is vastgesteld.
2.
Voor de ambtenaar met een volledige betrekking bedraagt het aantal uren dat minder kan worden gewerkt ten hoogste 80 uren per kalenderjaar. Voor een ambtenaar met een andere betrekking dan een volledige betrekking wordt dit maximum vastgesteld op een evenredig deel van het maximaal aantal uren bij een volledige betrekking.
3.
De aanvraag, bedoeld in het eerste lid, wordt door het bevoegd gezag toegewezen tenzij hiertegen ernstige bezwaren bestaan. Artikel 2, negende lid, van de Wet flexibel werken is van overeenkomstige toepassing.
4.
Per minder te werken uur wordt maandelijks een inhouding op het salaris van de ambtenaar toegepast ter grootte van zijn salaris per uur.
5.
Het vierde lid is niet van toepassing indien de ambtenaar een vermindering van het aantal te werken uren niet daadwerkelijk kan genieten wegens ziekte als gevolg van een dienstongeval of beroepsziekte.