Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit WVO 2020
Artikel 3.56 Spreiding voltooiing eindexamen
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
14-10-2021, Stb. 2021, 521 (uitgifte: 05-11-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2021, Stb. 2022, 13 (uitgifte: 11-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het bevoegd gezag kan, de inspectie gehoord, toestaan dat een examenkandidaat die in het laatste leerjaar langdurig ziek is of die lange tijd ten gevolge van een bijzondere, van zijn wil onafhankelijke, omstandigheid niet in staat is geweest het onderwijs in alle eindexamenvakken gedurende het laatste leerjaar te volgen, het centraal examen en in voorkomend geval het schoolexamen, voor een deel van de vakken in het ene schooljaar en voor het andere deel in het daarop volgende schooljaar aflegt. In dat geval wordt het eindexamen in een vak in het eerste of in het tweede van deze schooljaren afgesloten.
2.
Het bevoegd gezag geeft de toestemming, bedoeld in het eerste lid, uiterlijk voor de aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen. In bijzondere gevallen kan het bevoegd gezag afwijken van de eerste volzin voor een examenkandidaat die nog niet in alle betrokken eindexamenvakken centraal examen heeft afgelegd.
3.
De examenkandidaat heeft het recht van herkansing, bedoeld in artikel 3.38, in het eerste en in het tweede schooljaar van het gespreid centraal examen, met dien verstande dat het recht van herkansing in het eerste schooljaar ontstaat nadat de eindcijfers van de vakken waarvoor in het eerste schooljaar het centraal examen is afgesloten, voor de eerste maal zijn vastgesteld.
4.
De rector of directeur en de examensecretaris stellen op verzoek van de examenkandidaat de uitslag van het eindexamen vast aan het einde van het eerste schooljaar van het gespreid centraal examen of het gespreid schoolexamen, met overeenkomstige toepassing van artikel 3.34 of artikel 3.35.