Besluit tegemoetkoming specifieke zorgkosten
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 17-11-2010. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2010
- Redactionele toelichting
Vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot belastingaanslagen inkomstenbelasting ter zake van tijdvakken die aanvangen op of na 01-01-2010.
- Bronpublicatie:
02-11-2010, Stb. 2010, 764 (uitgifte: 16-11-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
17-11-2010, terugwerkend tot: 01-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-11-2010, Stb. 2010, 764 (uitgifte: 16-11-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Persoonsgebonden aftrek
Sociale zekerheid ziektekosten / Bijzondere ziektekosten
In dit besluit wordt verstaan onder:
- a.
belastingplichtige: een belastingplichtige als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001;
- b.
aanslag: een aanslag als bedoeld in artikel 11 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;
- c.
uitgaven voor specifieke zorgkosten: uitgaven voor specifieke zorgkosten als bedoeld in afdeling 6.5 van de Wet inkomstenbelasting 2001;
- d.
gecombineerde inkomensheffing: het bedrag van de gecombineerde inkomensheffing, bedoeld in artikel 8.1, onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001;
- e.
gecombineerde heffingskorting: het bedrag van de gecombineerde heffingskorting, bedoeld in artikel 8.1, onderdeel d, van de Wet inkomstenbelasting 2001, dat in aanmerking zou zijn genomen indien artikel 8.8 van die wet buiten toepassing zou zijn gebleven;
- f.
persoonsgebonden aftrek: de persoongebonden aftrek, bedoeld in artikel 6.1, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001;
- g.
partner: een partner als bedoeld in artikel 1.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001 die het gehele kalenderjaar als zodanig is aan te merken dan wel voor de toepassing van artikel 2.17 van die wet geacht wordt het gehele kalenderjaar partner te zijn geweest;
- h.
inspecteur: de functionaris van de rijksbelastingdienst die als zodanig bij regeling van Onze Minister van Financiën is aangewezen;
- i.
ontvanger: de functionaris van de rijksbelastingdienst die als zodanig bij regeling van Onze Minister van Financiën is aangewezen;
- j.
verzamelinkomen: het verzamelinkomen, bedoeld in artikel 2.18 van de Wet inkomstenbelasting 2001;
- k.
navorderingsaanslag: een navorderingsaanslag als bedoeld in artikel 16 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;
- l.
ambtshalve vermindering: een ambtshalve vermindering als bedoeld in artikel 9.6 van de Wet inkomstenbelasting 2001 van een aanslag of navorderingsaanslag inkomstenbelasting.