Einde inhoudsopgave
Europees Verdrag inzake de internationale geldigheid van strafvonnissen
Artikel 23
Geldend
Geldend vanaf 26-07-1974
- Bronpublicatie:
28-05-1970, Trb. 1971, 137 (uitgifte: 11-08-1971, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
26-07-1974
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-10-1987, Trb. 1987, 162 (uitgifte: 01-01-1987, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Overdracht en overname strafvervolging
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
1.
Indien de aangezochte Staat aanleiding ziet om gevolg te geven aan het verzoek om tenuitvoerlegging van een verstekvonnis of een strafbeschikking, laat hij de in de verzoekende Staat genomen beslissing aan de veroordeelde in persoon betekenen.
2.
In de akte van betekening aan de veroordeelde wordt hem mededeling gedaan dat:
- (a)
een verzoek om tenuitvoerlegging is gedaan overeenkomstig dit Verdrag;
- (b)
hem als enig rechtsmiddel het verzet als voorzien in artikel 24 openstaat;
- (c)
het verzet moet worden gedaan bij de hem aangewezen autoriteit; de ontvankelijkheid van het verzet wordt beoordeeld volgens de in artikel 24 gestelde eisen en hij kan verzoeken te worden berecht door de autoriteiten van de Staat van veroordeling;
- (d)
indien niet binnen de voorgeschreven termijn verzet is gedaan, de beslissing voor de gehele toepassing van dit Verdrag geacht wordt op tegenspraak te zijn gewezen.
3.
Een afschrift van de akte van betekening wordt onverwijld gezonden aan de autoriteit die de tenuitvoerlegging heeft verzocht.