Einde inhoudsopgave
Algemene Plaatselijke Verordening 2008
Artikel 2.49 Straatartiest en muziek
Geldend
Geldend vanaf 17-06-2013
- Redactionele toelichting
Bron: Gemeenteblad 2013, afd. 3a, nr. 94/432. Wordt vanaf 18-03-2022 niet meer bijgewerkt. Zie voor de geldende tekst www.officielebekendmakingen.nl.
- Bronpublicatie:
07-05-2013, Internet 2013, www.amsterdam.nl (uitgifte: 05-06-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
17-06-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-05-2013, Internet 2013, www.amsterdam.nl (uitgifte: 05-06-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Algemene plaatselijke verordening
1.
Het is verboden op door de burgemeester aangewezen wegen en tijden op of aan de weg als straatartiest op te treden of muziek ten gehore te brengen.
2.
Het is verboden op andere dan krachtens het eerste lid aangewezen wegen of plaatsen zonder vergunning van de burgemeester als straatartiest of straatmuzikant op te treden.
3.
Het bepaalde in het tweede lid is niet van toepassing indien:
- a.
met ten hoogste zes personen wordt opgetreden;
- b.
geen draaiorgels, geluidversterkende apparatuur of slaginstrumenten zoals trommels, bongo’s en dergelijke worden gebruikt;
- c.
het optreden niet langer duurt dan een half uur achtereen op dezelfde plaats en
- d.
het optreden niet plaatsvindt tussen 23.00 en 09.00 uur.
4.
Onder dezelfde plaats als bedoeld in het derde lid onder c wordt verstaan iedere plaats die ligt op minder dan 100 meter afstand van een plaats die eerder die dag door de betreffende straatartiest of straatmuzikant is ingenomen.
5.
Onder straatartiest en straatmuzikant worden mede verstaan groepen straatartiesten en straatmuzikanten.
6.
De burgemeester kan op daartoe aangewezen wegen of plaatsen beperkingen stellen aan het aantal optredens van straatartiesten of straatmuzikanten of aan het aantal straatartiesten en straatmuzikanten dat gelijktijdig optreedt. Hij kan daarbij onderscheid maken naar categorieën straatartiesten en straatmuzikanten.
7.
Het is verboden te handelen in strijd met een krachtens het zesde lid gegeven aanwijzing.
8.
Artikel 2.43 is van overeenkomstige toepassing.