Einde inhoudsopgave
Tarievencode gas
Artikel 2.28
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
21-11-2019, Stcrt. 2019, 64052 (uitgifte: 25-11-2019, regelingnummer: ACM/UIT/521522)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2019, Stcrt. 2019, 64052 (uitgifte: 25-11-2019, regelingnummer: ACM/UIT/521522)
- Vakgebied(en)
Energierecht / Distributie
1.
De netbeheerder deelt de profielgrootverbruikaansluitingen in afnemerscategorieën in op basis van de aansluitcapaciteit.
2.
Ten behoeve van de indeling bedoeld in het eerste lid stelt de netbeheerder de aansluitcapaciteit gelijk aan de maximumcapaciteit van de geïnstalleerde gasmeter.
3.
De maximumcapaciteit, bedoeld in het tweede lid, is per type gasmeter bij een meetdruk lager dan of gelijk aan 200 mbar als volgt:
- a.
G40: 65 m3(n)/uur;
- b.
G65: 100 m3(n)/uur;
- c.
G100: 160 m3(n)/uur;
- d.
G160: 250 m3(n)/uur;
- e.
G250 en hoger: 400 m3(n)/uur en hoger.
4.
De maximumcapaciteit, bedoeld in het tweede lid, is per type gasmeter bij een meetdruk hoger dan 200 mbar gelijk aan de in het derde lid genoemde maximumcapaciteit, gecorrigeerd voor de meetdruk, volgens de formule:
Cn = C*(P/Pn)
Waarin:
C: Maximumcapaciteit (m3/uur) van de gasmeter;
Cn: Herleide capaciteit (m3(n)/uur). gecorrigeerd voor druk;
P: De absolute meetdruk in bar;
Pn: Absolute druk onder normaalconditie (1,01325 bar).
5.
Voor grootverbruikaansluitingen worden de volgende vijf afnemerscategorieën onderscheiden:
- a.
aansluitcapaciteit groter dan 40 m3(n)/uur en kleiner dan of gelijk aan 65 m3(n)/uur;
- b.
aansluitcapaciteit groter dan 65 m3(n)/uur en kleiner dan of gelijk aan 100 m3(n)/uur;
- c.
aansluitcapaciteit groter dan 100 m3(n)/uur en kleiner dan of gelijk aan 160 m3(n)/uur;
- d.
aansluitcapaciteit groter dan 160 m3(n)/uur en kleiner dan of gelijk aan 250 m3(n)/uur;
- e.
aansluitcapaciteit groter dan 250 m3(n)/uur.
6.
Bij de afnemerscategorieën bedoeld in het vijfde lid, onderdelen a t/m e horen respectievelijk de volgende rekencapaciteiten:
- b.
40 m3(n;35,17)/uur:
- b.
65 m3(n;35,17)/uur:
- c.
100 m3(n;35,17)/uur;
- d.
160 m3(n;35,17)/uur;
- e.
250 m3(n;35,17)/uur.
7.
Voor de componenten bedoeld in artikel 2.27 wordt uitgegaan van een waarde voor de transportcapaciteit die voor onbepaalde tijd geldt.