Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 909/2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012
Artikel 53 Toegang tussen een CSD en een andere marktinfrastructuur
Geldend
Geldend vanaf 17-09-2014
- Bronpublicatie:
23-07-2014, PbEU 2014, L 257 (uitgifte: 28-08-2014, regelingnummer: 909/2014)
- Inwerkingtreding
17-09-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-07-2014, PbEU 2014, L 257 (uitgifte: 28-08-2014, regelingnummer: 909/2014)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een CTP en een handelsplatform verstrekken op verzoek van een CSD aan die CSD op niet-discriminerende en transparante basis hun transactiestroom en mogen daarvoor de verzoekende CSD op regiebasis een redelijke commerciële vergoeding in rekening brengen, tenzij door beide partijen anders is overeengekomen.
Een CSD verleent aan een CTP of een handelsplatform op niet-discriminerende en transparante basis toegang tot haar effectenafwikkelingssysteem en mag voor die toegang op regiebasis een redelijke commerciële vergoeding in rekening brengen, tenzij door beide partijen anders is overeengekomen.
2.
Wanneer een partij in overeenstemming met lid 1 een verzoek om toegang tot een andere partij indient, wordt dit verzoek onmiddellijk behandeld en wordt binnen drie maanden een antwoord aan de verzoekende partij verstrekt.
3.
De partij die het verzoek ontvangt, weigert de toegang enkel indien die toegang een bedreiging zou vormen voor de soepele en ordelijke werking van de financiële markten of tot een systeemrisico zou leiden. Zij wijst een verzoek niet af op grond van verlies van marktaandeel.
Een partij die toegang weigert, stelt de verzoekende partij op basis van een diepgaande risicobeoordeling schriftelijk in kennis van alle redenen voor die weigering. Bij een weigering heeft de verzoekende partij het recht een klacht in te dienen bij de bevoegde autoriteit van de partij die toegang heeft geweigerd.
De bevoegde autoriteit van de partij die het verzoek ontvangt en de in artikel 12, lid 1, onder a), bedoelde relevante autoriteit onderzoeken naar behoren de klacht door de redenen van de weigering te beoordelen en verstrekken de verzoekende partij een met redenen omkleed antwoord.
De bevoegde autoriteit van de partij die het verzoek ontvangt, raadpleegt bij haar beoordeling van de klacht de bevoegde autoriteit van de verzoekende partij en de in artikel 12, lid 1, onder a), bedoelde relevante autoriteit van de verzoekende partij. Indien een van de autoriteiten van de verzoekende partij het met de verstrekte beoordeling oneens is, is elk van hen gerechtigd de zaak te verwijzen naar de ESMA, die mag handelen in overeenstemming met de haar uit hoofde van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 verleende bevoegdheden.
Indien de weigering door een partij om toegang te verlenen ongerechtvaardigd wordt bevonden, gelast de verantwoordelijke bevoegde autoriteit die partij, binnen drie maanden toegang te verlenen tot haar diensten.
4.
De ESMA ontwikkelt, in nauwe samenwerking met de leden van het ESCB, ontwerpen van technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van de risico's waarmee CSD's rekening moet houden wanneer zij een diepgaande risicobeoordeling uitvoeren, en waarmee de bevoegde autoriteiten rekening moeten houden wanneer zij de redenen van een weigering overeenkomstig lid 3 beoordelen, alsmede van de elementen van de in lid 3 bedoelde procedure.
De ESMA legt die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 18 juni 2015 aan de Commissie voor.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
5.
De ESMA ontwikkelt, in nauwe samenwerking met de leden van het ESCB, ontwerpen van technische uitvoeringsnormen om standaardformulieren en modellen voor de in de leden 2 en 3 bedoelde procedures vast te stellen.
De ESMA legt die ontwerpen van technische uitvoeringsnormen uiterlijk op 18 juni 2015 aan de Commissie voor.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid toegekend om de in de eerste alinea bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.