Einde inhoudsopgave
Aanbeveling 2009/23/EG betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken
Tekst
Geldend
Geldend vanaf 14-01-2009
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
19-12-2008, PbEU 2009, L 9 (uitgifte: 14-01-2009, regelingnummer: 2009/23/EG)
- Inwerkingtreding
14-01-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2008, PbEU 2009, L 9 (uitgifte: 14-01-2009, regelingnummer: 2009/23/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Financieel recht / Bijzondere onderwerpen
1. In omloop brengen van euromuntstukken
Voor circulatie bestemde euromuntstukken worden tegen nominale waarde in omloop gebracht. Dit sluit niet uit dat een gering percentage van de uitgegeven euromuntstukken tegen een hogere prijs wordt verkocht indien dit gerechtvaardigd is door redenen zoals een speciaal kenmerk of een speciale verpakking.
2. Identificatie van de lidstaat van uitgifte
Op de nationale zijde van alle denominaties van de voor circulatie bestemde euromuntstukken wordt aangegeven welke de lidstaat van uitgifte is. Dit geschiedt door middel van de vermelding van hetzij de naam van de betrokken lidstaat, hetzij een afkorting daarvan.
3. Geen vermelding van de naam van de munteenheid en van de denominatie van het muntstuk
1
Op de nationale zijde van de voor circulatie bestemde euromuntstukken mag noch de denominatie, noch enigerlei deel van de denominatie van het muntstuk worden herhaald. Op deze zijde mag evenmin de naam van de eenheidsmunt of van de onderverdeling ervan worden herhaald, tenzij een dergelijke vermelding het gevolg is van het gebruik van een ander alfabet.
2
Het randschrift van het muntstuk van 2 euro kan melding maken van de denominatie, mits alleen het cijfer ‘2’ of de term ‘euro’ of beide worden gebruikt.
4. Ontwerp van de nationale zijden
Op de nationale zijde van de voor circulatie bestemde euromuntstukken zijn de 12 Europese sterren afgebeeld. Deze sterren omringen volledig het nationale ontwerp met het jaartal en de vermelding van de lidstaat van uitgifte. De Europese sterren worden op dezelfde wijze afgebeeld als op de Europese vlag.
5. Wijziging van de nationale zijde van normale voor circulatie bestemde euromuntstukken
Onverminderd punt 6 mogen de ontwerpen die voor de nationale zijden van de voor circulatie bestemde, in euro of in cent luidende muntstukken worden gebruikt, niet worden gewijzigd, tenzij het staatshoofd naar wie op een muntstuk wordt verwezen, verandert. Het is de lidstaten van uitgifte evenwel toegestaan het ontwerp van euromuntstukken waarop het staatshoofd is afgebeeld om de vijftien jaar aan te passen teneinde met een verandering in het voorkomen van het staatshoofd rekening te houden. Het is lidstaten van uitgifte eveneens toegestaan hun nationale ontwerpen van euromuntstukken aan te passen om deze geheel met deze aanbeveling in overeenstemming te brengen.
Het feit dat de functie van staatshoofd tijdelijk vacant is of voorlopig wordt waargenomen, geeft niet het recht de nationale zijden van de normale voor circulatie bestemde euromuntstukken te wijzigen.
6. Uitgifte van voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten
1
Uitgiften van voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten met een nationaal ontwerp dat verschilt van dat van de normale voor circulatie bestemde euromuntstukken mogen alleen onderwerpen van groot nationaal of Europees belang herdenken. Voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten die gezamenlijk worden uitgegeven door alle deelnemende lidstaten, als omschreven in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 974/98 (hierna de ‘deelnemende lidstaten’ genoemd), mogen alleen uiterst belangrijke Europese onderwerpen herdenken. De uitgifte van dergelijke euroherdenkingsmunten moet worden goedgekeurd door de Raad.
2
De uitgifte van voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten voldoet aan de volgende regels:
- a)
het aantal uitgiften is beperkt tot één per lidstaat van uitgifte per jaar, behalve in de volgende gevallen:
- i)
alle deelnemende lidstaten geven gezamenlijk voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit;
- ii)
ter gelegenheid van het feit dat de functie van staatshoofd tijdelijk vacant is of voorlopig wordt waargenomen, kan een voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunt worden uitgegeven;
- b)
voor dergelijke uitgiften wordt uitsluitend het muntstuk van 2 euro gebruikt;
- c)
het totale aantal per uitgifte in omloop gebrachte munten mag niet groter zijn dan het grootste van de volgende twee maxima:
- i)
0,1 % van het totale aantal muntstukken van 2 euro dat tot het begin van het jaar vóór het jaar van uitgifte van de herdenkingsmunt door alle deelnemende lidstaten in omloop is gebracht; dit maximum mag worden verhoogd tot 2,0 % van het totale aantal door alle deelnemende lidstaten in omloop gebrachte muntstukken van 2 euro indien een zeer symbolische gebeurtenis van echt mondiale betekenis wordt herdacht; in dat geval geeft de lidstaat van uitgifte de volgende vier jaar geen andere euroherdenkingsmunten met gebruikmaking van het verhoogde maximum uit en geeft hij de redenen voor de keuze van het verhoogde maximum wanneer hij de in punt 7 bedoelde informatie verstrekt;
- ii)
5,0 % van het totale aantal muntstukken van 2 euro dat tot het begin van het jaar vóór het jaar van uitgifte van de herdenkingsmunt door de betrokken lidstaat van uitgifte in omloop is gebracht;
- d)
het randschrift van voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten is hetzelfde als dat van normale voor circulatie bestemde euromuntstukken.
7. Informatieprocedure en bekendmaking van toekomstige veranderingen
De lidstaten stellen elkaar in kennis van de nieuwe voorontwerpen van nationale zijden van euromuntstukken, met inbegrip van het randschrift, en van de omvang van de uitgifte voordat zij deze ontwerpen officieel goedkeuren. Te dien einde worden nieuwe voorontwerpen van euromuntstukken in de regel ten minste zes maanden vóór de geplande datum van uitgifte door de lidstaat van uitgifte aan de Commissie toegezonden. De Commissie verifieert of de richtsnoeren van deze aanbeveling in acht zijn genomen en stelt de andere lidstaten onverwijld daarvan in kennis via het bevoegde subcomité van het Economisch en Financieel Comité. Indien en wanneer de Commissie van oordeel is dat de richtsnoeren van deze aanbeveling niet in acht zijn genomen, beslist het bevoegde subcomité van het Economisch en Financieel Comité of het ontwerp wordt goedgekeurd.
Het bevoegde subcomité van het Economisch en Financieel Comité dient zijn goedkeuring te hechten aan de ontwerpen van voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten die gezamenlijk door alle deelnemende lidstaten worden uitgegeven.
Alle relevante informatie over nieuwe ontwerpen van nationale zijden van euromuntstukken wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
8. Toepassingsgebied van de aanbevolen werkwijzen
Deze aanbeveling is van toepassing op de nationale zijden en randschriften van zowel normale voor circulatie bestemde euromuntstukken als voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten. Zij is niet van toepassing op de nationale zijden en randschriften van zowel normale voor circulatie bestemde euromuntstukken als voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten die voor het eerst zijn uitgegeven of goedgekeurd volgens de vóór de aanneming van deze aanbeveling overeengekomen informatieprocedure.
9. Intrekking van eerdere aanbevelingen
De Aanbevelingen 2003/734/EG en 2005/491/EG worden ingetrokken.
10. Adressaten
Deze aanbeveling is gericht tot alle deelnemende lidstaten.