Einde inhoudsopgave
Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen 2022
Artikel 2.3 Richtlijn Onderzoekers (EU) 2016/801
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
13-12-2021, Stb. 2021, 608 (uitgifte: 16-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-11-2021, Stb. 2021, 609 (uitgifte: 16-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet van 29-09-2021, Stb. 505.
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Bijzondere onderwerpen
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Vreemdelingenrecht / Verblijf
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
1.
Het verbod is niet van toepassing met betrekking tot een vreemdeling die houder is van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 14 van de Vreemdelingenwet 2000, verleend onder een beperking verband houdend met onderzoek in de zin van richtlijn (EU) 2016/801 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten (herschikking) (PbEU 2016, L 132) of een vreemdeling die in het bezit is van een machtiging tot voorlopig verblijf die overeenkomt met voornoemd verblijfsdoel, die in Nederland wordt tewerkgesteld bij een krachtens artikel 2c van de Vreemdelingenwet 2000 als referent erkende onderzoeksinstelling in de zin van die richtlijn.
2.
Het verbod is eveneens niet van toepassing met betrekking tot een vreemdeling die in Nederland verblijft op grond van artikel 3.3, vierde lid, onder a, van het Vreemdelingenbesluit 2000 en onderwijs geeft of onderzoek verricht aan een krachtens artikel 2c van de Vreemdelingenwet 2000 als referent erkende onderzoeksinstelling die geen universiteit, hogeschool of gelieerde instelling is, bedoeld in artikel 2.4, onder b.
3.
Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op een vreemdeling die in afwachting is van de beslissing op een aanvraag tot het verlenen van de verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd voor onderzoek in de zin van de richtlijn, bedoeld in het eerste lid, en tevens houder is van een door een andere lidstaat van de Europese Unie afgegeven verblijfsvergunning voor onderzoek in de zin van die richtlijn.