Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2017/625 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen (verordening officiële controles)
Artikel 76 Samenwerking tussen autoriteiten in verband met zendingen die niet aan specifieke grenscontroles onderworpen zijn
Geldend
Geldend vanaf 27-04-2017
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2017, L 137).
- Bronpublicatie:
15-03-2017, PbEU 2017, L 95 (uitgifte: 07-04-2017, regelingnummer: 2017/625)
- Inwerkingtreding
27-04-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-03-2017, PbEU 2017, L 95 (uitgifte: 07-04-2017, regelingnummer: 2017/625)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Dierenrecht / Veehouderij
Dierenrecht / Dierenwelzijn
1.
De leden 2, 3 en 4 van dit artikel zijn van toepassing op zendingen dieren en goederen die niet overeenkomstig artikel 47, lid 1, van deze verordening aan controles bij binnenkomst in de Unie onderworpen zijn en waarvoor overeenkomstig artikel 5, punt 12, van Verordening (EU) nr. 952/2013 en de artikelen 158 tot en met 202 van die Verordening een douaneaangifte voor het in het vrije verkeer brengen is gedaan.
2.
Wanneer de douaneautoriteiten redenen hebben om aan te nemen dat een zending een risico voor de gezondheid van mensen, dieren of planten, voor het dierenwelzijn, of, wat ggo's en gewasbeschermingsmiddelen betreft, ook voor het milieu, kan opleveren, schorsen zij de vrijgave voor het vrije verkeer en stellen zij de bevoegde autoriteiten onmiddellijk van die schorsing in kennis.
3.
Een zending waarvan de vrijgave voor het vrije verkeer krachtens lid 2 is geschorst, wordt weer vrijgegeven wanneer de bevoegde autoriteiten de douaneautoriteiten niet binnen drie werkdagen na die schorsing hebben verzocht de schorsing voort te zetten of wanneer zij de douaneautoriteiten hebben meegedeeld dat er geen sprake is van een risico.
4.
Wanneer de bevoegde autoriteiten van oordeel zijn dat er een risico voor de gezondheid van mensen, dieren of planten, voor het dierenwelzijn, of, wat ggo's en gewasbeschermingsmiddelen betreft, ook voor het milieu, aanwezig is;
- a)
verzoeken zij de douaneautoriteiten de zending niet vrij te geven voor het vrije verkeer en op de handelsfactuur die de zending vergezelt, alsmede op elk ander relevant begeleidend document of in de desbetreffende elektronische equivalenten, de volgende vermelding aan te brengen:
Product vormt een risico — vrijgave voor het vrije verkeer niet toegestaan — Verordening (EU) 2017/625;
- b)
is zonder toestemming van de bevoegde autoriteiten geen andere douaneprocedure toegestaan, en
- c)
zijn artikel 66, leden 1, 3, 5 en 6, de artikelen 67, 68 en 69, artikel 71, leden 1 en 2, en artikel 72, leden 1 en 2, van toepassing.
5.
Wanneer de douaneautoriteiten redenen hebben om aan te nemen dat een zending dieren of goederen die niet overeenkomstig artikel 47, lid 1, aan controles bij binnenkomst in de Unie onderworpen is en waarvoor geen douaneaangifte voor het in het vrije verkeer brengen is gedaan, een risico voor de gezondheid van mensen, dieren of planten, voor het dierenwelzijn, of, wat ggo's en gewasbeschermingsmiddelen betreft, ook voor het milieu kan opleveren, zenden zij alle relevante informatie naar de douaneautoriteiten in de lidstaten van eindbestemming.