Einde inhoudsopgave
Voorzieningenstelsel Buitenlandtoeslagen Rechterlijke Ambtenaren (VBRA)
Artikel 5.2
Geldend
Geldend vanaf 06-07-2012. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-04-2012
- Bronpublicatie:
20-06-2012, Stcrt. 2012, 13378 (uitgifte: 04-07-2012, regelingnummer: 2012-200612)
- Inwerkingtreding
06-07-2012, terugwerkend tot: 01-04-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2012, Stcrt. 2012, 13378 (uitgifte: 04-07-2012, regelingnummer: 2012-200612)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Bezoldiging
Juridische beroepen / Rechter
Juridische beroepen (V)
Ambtenarenrecht / Vergoeding
1.
In dit artikel wordt verstaan onder:
- a.
erkende onderwijsinstelling:
- 1.
een Nederlandse of door Nederland gesubsidieerde school of bij het ontbreken daarvan een door de plaatselijke overheid erkende onderwijsinstelling voor lager of middelbaar onderwijs binnen of nabij de standplaats van belanghebbende die — m.b.t. onderwijsaanbod — aansluiting op Nederlands onderwijs, kosten en plaatselijke omstandigheden door de plaatselijke overheid als passend wordt aangemerkt dan wel een door de Minister daarmee gelijk te stellen instelling;
- 2.
de op Sint Maarten gevestigde Carribean International Academy;
- 3.
een Internationale school.
- b.
onderwijs: alle soorten van onderwijs aan een erkende onderwijsinstelling.
- c.
onderwijskosten: voor het onderwijs verschuldigde schoolgelden, met uitzondering van de kosten van huisvesting, schoolmaaltijden, schooluniformen, laptops, excursies en schrijfbenodigdheden.
- d.
bijkomende kosten: de voor het onderwijs verschuldigde kosten van registratie, examenkosten en kosten van onderwijsmateriaal. Uitgezonderd zijn de kosten van huisvesting, schoolmaaltijden, schooluniformen, laptops, excursies en schrijfbenodigdheden.
- e.
schooljaar: een aaneengesloten periode van 12 maanden gerekend vanaf de datum van aanvang van het betreffende onderwijs.
2.
De belanghebbende heeft voor elk kind dat met hem metterwoon in een land buiten Nederland verblijft en daar onderwijs geniet aanspraak op een tegemoetkoming in de onderwijskosten en bijkomende kosten. Deze aanspraak bestaat slechts voor zover voor het desbetreffende kind aanspraak bestaat op kinderbijslag of op een tegemoetkoming in de studiekosten. De tegemoetkoming in de onderwijskosten en bijkomende kosten van de Internationale school, als bedoeld in het eerste lid onderdeel a onder 3, worden vergoed tot maximaal de kosten van de gezamenlijke onderwijskosten en bijkomende kosten van een in artikel 5.2. eerste lid, onderdeel a, onder 1, bedoelde onderwijsinstelling.
3.
Aanspraak op de tegemoetkoming, bedoeld in het tweede lid, heeft ook de belanghebbende ter zake van de kosten van kleuteronderwijs voor zijn kind en kinderen met de leeftijd van drie jaren, indien:
- a.
het volgen van kleuteronderwijs door driejarige kinderen in het gebied van verblijf gebruikelijk is
en
- b.
het kind van de belanghebbende door het niet volgen van dat onderwijs naar het oordeel van de Minister in een sociaal isolement komt te verkeren of problemen ontstaan bij de aansluiting op het lager onderwijs, met dien verstande dat de kosten van een crèche, peuterspeelzaal en dergelijke niet in beschouwing worden genomen.
4.
Het bedrag van de tegemoetkoming per kind is, met inachtneming van het vijfde lid, gelijk aan 95% van het totaal van de onderwijskosten en bijkomende kosten die gedurende een schooljaar daadwerkelijk zijn gemaakt.
5.
Bij het vaststellen van de onderwijskosten worden de op andere wijze genoten of nog te ontvangen bijdragen en uitkeringen — zoals studiebeurzen — daarop in mindering gebracht. Daarbij blijven uitkeringen op grond van een studieverzekering, de basisbeurs, de kinderbijslag en kindertoeslag buiten beschouwing.
6.
De tegemoetkoming in de onderwijskosten, bedoeld in het tweede lid, wordt op een daartoe strekkend schriftelijk verzoek van de belanghebbende en onder overlegging van de betalingsbewijzen, originele rekeningen, bank of giro afschriften en de beschikking van de Sociale Verzekeringsbank waaruit de aanspraak op kinderbijslag c.q. studie financiering blijkt, toegekend.
7.
Op verzoek van de belanghebbende kan aan hem aan het begin van elk schooljaar een voorschot op de tegemoetkoming in de onderwijskosten worden toegekend.