Einde inhoudsopgave
Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945
§ 8 Bijzondere voorzieningen
Geldend
Geldend vanaf 17-11-2006
- Redactionele toelichting
Indien de uitkeringsgerechtigde op het moment van inwerkingtreding van deze wijziging reeds de toeslag, genoemd in de artikelen 20, lid 1 (oud) en 21 (oud) van deze wet en de artikelen 14, lid 2 (oud), en 15, lid 1 en 2 (oud) van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945, ontvangt, wordt voor de eenmalige vaststelling als bedoeld in de artikelen 20, lid 2 (nieuw) en 21, lid 2 (nieuw) van deze wet en de artikelen 14, lid 3 (nieuw) en 15, lid 2 (nieuw) van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 uitgegaan van de vastgestelde premielasten voor het jaar 2004. Het bedrag van de vastgestelde premielasten wordt voor het jaar 2005 en de daaropvolgende jaren tot de inwerkingtreding van deze wijziging geindexeerd op basis van het Nederlandse consumentenprijsindexcijfer.
- Bronpublicatie:
20-10-2006, Stb. 2006, 554 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30454)
- Inwerkingtreding
17-11-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-10-2006, Stb. 2006, 554 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30454)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid ouderen / Bijzondere onderwerpen
Art. 32
Art. 33
Art. 33a