Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 865/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer
Artikel 40 Vereisten met betrekking tot specimens
Geldend
Geldend vanaf 09-07-2006
- Bronpublicatie:
04-05-2006, PbEU 2006, L 166 (uitgifte: 19-06-2006, regelingnummer: 865/2006)
- Inwerkingtreding
09-07-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-05-2006, PbEU 2006, L 166 (uitgifte: 19-06-2006, regelingnummer: 865/2006)
- Vakgebied(en)
Douane (V)
1.
Ten aanzien van een specimen waarvoor een certificaat van persoonlijke eigendom wordt afgegeven, moet aan de volgende vereisten zijn voldaan:
- a)
het specimen moet zijn geregistreerd door de administratieve instantie van de lidstaat waar de eigenaar zijn gewone verblijfplaats heeft;
- b)
het specimen moet vóór het verstrijken van de geldigheid van het desbetreffende certificaat worden teruggebracht naar de lidstaat waar het specimen is geregistreerd;
- c)
het specimen mag niet voor commerciële doeleinden worden gebruikt, tenzij op de in artikel 43 genoemde voorwaarden;
- d)
het specimen moet van een uniek en permanent merkteken zijn voorzien overeenkomstig artikel 66.
2.
In het geval van certificaten van persoonlijke eigendom die overeenkomstig artikel 39, lid 2, worden afgegeven, is het bepaalde in lid 1, onder a) en b), van dit artikel niet van toepassing.
In dergelijke gevallen wordt in vak 23 van het certificaat de volgende vermelding aangebracht:
‘Dit certificaat is alleen geldig indien het vergezeld gaat van een origineel certificaat van persoonlijke eigendom, afgegeven door een derde land, en indien het specimen waarop het betrekking heeft, wordt vergezeld door zijn eigenaar.’.