Einde inhoudsopgave
Wet zeevarenden
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 15-11-2019
- Bronpublicatie:
24-10-2019, Stb. 2019, 416 (uitgifte: 14-11-2019, kamerstukken: 35194)
- Inwerkingtreding
15-11-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-11-2019, Stb. 2019, 417 (uitgifte: 14-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Het bepaalde bij of krachtens deze wet is van toepassing ten aanzien van Nederlandse schepen, voor zover ten aanzien van vissersvaartuigen niet anders is bepaald, en, in de bij of krachtens deze wet aangewezen gevallen, op Caribisch-Nederlandse schepen.
2.
Deze wet is niet van toepassing ten aanzien van:
- a.
schepen die uitsluitend varen op Nederlandse binnenwateren of wateren binnen, of dicht grenzend aan beschutte wateren of gebieden waar Nederlandse havenvoorschriften gelden;
- b.
onbemande schepen die niet van middelen tot werktuiglijke voortstuwing zijn voorzien;
- c.
oorlogsschepen en marinehulpschepen;
- d.
reddingsvaartuigen; en
- e.
pleziervaartuigen.
3.
Het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk 4B, en hoofdstuk 7, paragrafen 8 en 9, is niet van toepassing op niet commercieel gebruikte schepen.
4.
Voor de toepassing van het derde lid kunnen bij ministeriële regeling nadere regels worden gesteld en kan nader worden bepaald welke categorieën van schepen in ieder geval vallen onder de in het derde lid bedoelde uitzonderingen.
5.
Bij regeling van Onze Minister kunnen na overleg met de betrokken organisaties van scheepsbeheerders en zeevarenden categorieën van schepen worden aangewezen waarop het bepaalde bij of krachtens deze wet geheel of gedeeltelijk niet van toepassing is.
6.
Voor de toepassing van het vijfde lid kunnen bij ministeriële regeling voor niet commercieel gebruikte overheidsschepen nadere regels worden gesteld. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen verschillende categorieën schepen.
7.
Bij regeling van Onze Minister kan na overleg met de betrokken organisaties van scheepsbeheerders en zeevarenden, voor categorieën schepen van minder dan 200 GT die geen internationale reizen maken, worden bepaald dat van het bepaalde bij of krachtens deze wet onder daarbij te stellen regels vrijstelling wordt verleend.