Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 650/2012 bevoegdheid, toepasselijke recht, erkenning en tenuitvoerlegging beslissingen op het gebied van erfopvolging, alsmede instelling Europese erfrechtverklaring
Artikel 59 Aanvaarding van authentieke akten
Geldend
Geldend vanaf 16-08-2012
- Bronpublicatie:
04-07-2012, PbEU 2012, L 201 (uitgifte: 27-07-2012, regelingnummer: 650/2012)
- Inwerkingtreding
16-08-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-07-2012, PbEU 2012, L 201 (uitgifte: 27-07-2012, regelingnummer: 650/2012)
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Europees erfrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
Erfrecht / Erfopvolging bij versterf
1.
Een in een lidstaat verleden authentieke akte heeft in een andere lidstaat dezelfde bewijskracht als in de lidstaat van herkomst, of althans de daarmee meest vergelijkbare bewijskracht, op voorwaarde dat dit niet kennelijk strijdig is met de openbare orde van die andere lidstaat.
Een persoon die van een authentieke akte gebruik wenst te maken in een andere lidstaat, kan de autoriteit die de authentieke akte in de lidstaat van herkomst heeft opgemaakt, verzoeken het in overeenstemming met de in artikel 81, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgestelde formulier in te vullen, waarin de bewijskracht wordt vermeld die in de lidstaat van herkomst aan de authentieke akte wordt verbonden.
2.
De echtheid van de authentieke akte wordt uitsluitend voor een gerecht van de lidstaat van herkomst, volgens het recht van die lidstaat, aangevochten. Een authentieke akte die wordt aangevochten heeft geen bewijskracht in een andere lidstaat zolang het bevoegde gerecht zich niet heeft uitgesproken.
3.
De in de authentieke akte vastgelegde rechtshandelingen of rechtsbetrekkingen worden uitsluitend aangevochten voor de krachtens deze verordening bevoegde gerechten, op grond van het volgens hoofdstuk III toepasselijke recht. Een authentieke akte die wordt aangevochten heeft, wat het bestreden punt betreft, in een andere lidstaat dan de lidstaat van herkomst geen bewijskracht zolang het bevoegde gerecht zich niet heeft uitgesproken.
4.
Indien de uitkomst van een procedure afhangt van het beslechten van een incidenteel verzoek met betrekking tot de in een authentieke akte vastgelegde rechtshandelingen of rechtsbetrekkingen, is dit gerecht bevoegd om van dat verzoek kennis te nemen.