Einde inhoudsopgave
Wegenverkeerswet 1994
Artikel 61d [Intrekking erkenning]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
10-12-2014, Stb. 2014, 581 (uitgifte: 31-12-2014, kamerstukken: 33976)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-12-2014, Stb. 2014, 581 (uitgifte: 31-12-2014, kamerstukken: 33976)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht (V)
1.
De Dienst Wegverkeer trekt een erkenning in, indien degene aan wie de erkenning is verleend, daarom verzoekt.
2.
Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat na indiening van het verzoek de erkenning gedurende een bij die algemene maatregel van bestuur vast te stellen termijn van kracht blijft.
3.
De Dienst Wegverkeer kan een erkenning intrekken of wijzigen indien degene aan wie de erkenning is verleend:
- a.
niet meer voldoet aan de voor de erkenning gestelde eisen,
- b.
de verplichtingen, vervat in artikel 5:20, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 61a, derde lid, en artikel 61c, tweede lid, niet nakomt, of,
- c.
handelt in strijd met een of meer andere uit de erkenning voortvloeiende verplichtingen.
4.
De Dienst Wegverkeer kan in de gevallen, bedoeld in het derde lid, een erkenning schorsen voor een door hem daarbij vast te stellen termijn die ten hoogste twaalf weken bedraagt.
5.
De Dienst Wegverkeer kan in de gevallen, bedoeld in het eerste en derde lid, bepalen dat een wachttijd geldt voor het aanvragen van een erkenning van maximaal 30 maanden.
6.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden vastgesteld met betrekking tot het intrekken, wijzigen en schorsen van de erkenning.