Einde inhoudsopgave
Vreemdelingenwet 2000
Artikel 2u [Beslistermijn]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
26-10-2016, Stb. 2016, 415 (uitgifte: 07-11-2016, kamerstukken: 34128)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2016, Stb. 2016, 550 (uitgifte: 29-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
1.
Onze Minister beslist binnen 90 dagen na ontvangst van een aanvraag om verlening of wijziging van een machtiging tot voorlopig verblijf. Onze Minister kan deze termijn verlengen met ten hoogste drie maanden.
2.
In afwijking van het eerste lid maakt Onze Minister de beslissing op een aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf onder een beperking verband houdend met verblijf als houder van de Europese blauwe kaart of overplaatsing binnen een onderneming bekend binnen 90 dagen en kan die termijn niet worden verlengd.
3.
In afwijking van het eerste lid maakt Onze Minister de beslissing op een aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf onder een beperking verband houdend met wetenschappelijk onderzoek, studie, lerend werken, of uitwisseling in het kader van Europees vrijwilligerswerk bekend binnen 60 dagen en kan die termijn niet worden verlengd.