Einde inhoudsopgave
Wetboek van Militair Strafrecht
Artikel 119
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1991
- Bronpublicatie:
14-06-1990, Stb. 1990, 368 (uitgifte: 01-01-1990, kamerstukken: 16813 )
- Inwerkingtreding
01-01-1991
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-11-1990, Stb. 1990, 583 (uitgifte: 01-01-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Militair strafrecht en strafprocesrecht
1.
Feitelijke insubordinatie, door twee of meer militairen met verenigde krachten gepleegd, wordt als muiterij, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie.
2.
De schuldige wordt gestraft:
- 1°
met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie indien het door hem gepleegde misdrijf of de daarbij door hem gepleegde feitelijkheden enig lichamelijk letsel ten gevolge hebben;
- 2°
met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien zij zwaar lichamelijk letsel ten gevolge hebben;
- 3°
met gevangenisstraf van ten hoogste twintig jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien zij de dood ten gevolge hebben.