Einde inhoudsopgave
Regeling uitvoering GMO groenten en fruit 2018
Artikel 98
Geldend
Geldend vanaf 12-07-2018
- Bronpublicatie:
03-07-2018, Stcrt. 2018, 38579 (uitgifte: 11-07-2018, regelingnummer: WJZ/18055124)
- Inwerkingtreding
12-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-07-2018, Stcrt. 2018, 38579 (uitgifte: 11-07-2018, regelingnummer: WJZ/18055124)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Een producentenorganisatie die uitgaven voor investeringen in installaties voor verbeterde waterkwaliteit, waterbesparing, besparing op het mineralenverbruik of emmissiebeperking opneemt in haar operationeel programma voegt aan de informatie, bedoeld in artikel 51, een prognose toe van de verwachte verbetering of besparing per installatie, aan de hand van een technische specificatie van de leverancier of deskundige conform artikel 3, vierde lid, van verordening 2017/892.
2.
Voor uitgavenposten die in het operationeel programma zijn opgenomen voor de jaren na het eerste jaar worden de documenten bedoeld in het eerste lid jaarlijks bij het wijzigingsverzoek zoals bedoeld in artikel 34, eerste lid, van verordening 2017/891, opgeleverd.
3.
Ter verantwoording van de gerealiseerde verbetering van de waterkwaliteit, waterbesparing, besparing op het het mineralenverbruik of emissiebeperking overlegt de producentenorganisatie jaarlijks bij de subsidieaanvraag, vanaf het jaar na de factuurdatum van de laatste factuur voor de installatie, het volgende:
- a.
het declaratieformulier installaties waterkwaliteit, waterbesparing, waterzuivering en fertigatie in de fruitteelt, met gebruikmaking van een door de minister beschikbaar gesteld middel; en
- b.
een overzicht van de bereikte verbetering of besparing per installatie, met gebruikmaking van een door de minister beschikbaar gesteld middel, aan de hand van een vergelijking van:
- 1°
een meting van de situatie voor de ingebruikname van de installatie; en
- 2°
een meting van de gerealiseerde situatie na de ingebruikname van de installatie.
4.
In geval van leidingwater wordt de bereikte waterbesparing onderbouwd aan de hand van de jaarafrekening van het waterleidingbedrijf.