Einde inhoudsopgave
Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond
Artikel 37
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2004
- Bronpublicatie:
16-04-2003, Trb. 2003, 74 (uitgifte: 27-05-2003, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-05-2004, Trb. 2004, 119 (uitgifte: 14-05-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
Indien zich voor het einde van een periode van ten hoogste drie jaar na de toetreding ernstige en mogelijk aanhoudende moeilijkheden voordoen in een sector van het economische leven, dan wel moeilijkheden die de economische toestand van een bepaalde streek ernstig kunnen verstoren, kan een nieuwe lidstaat machtiging vragen om beschermingsmaatregelen te nemen, zodat de toestand weer in evenwicht kan worden gebracht en de betrokken sector kan worden aangepast aan de economie van de gemeenschappelijke markt.
Onder dezelfde voorwaarden kan een van de huidige lidstaten verzoeken gemachtigd te worden beschermingsmaatregelen te nemen ten opzichte van een of meer van de nieuwe lidstaten.
2.
Op verzoek van de betrokken staat stelt de Commissie door middel van een spoedprocedure onverwijld de beschermingsmaatregelen vast welke zij noodzakelijk acht, waarbij zij de voorwaarden en praktische regels voor de toepassing ervan aangeeft.
In geval van ernstige economische moeilijkheden spreekt de Commissie zich op uitdrukkelijk verzoek van de betrokken lidstaat uit binnen een termijn van vijf werkdagen na de ontvangst van het met redenen omkleed verzoek. De aldus getroffen maatregelen zijn onmiddellijk van toepassing, houden rekening met de belangen van alle betrokken partijen en leiden niet tot grenscontroles.
3.
De overeenkomstig lid 2 toegestane maatregelen kunnen afwijkingen van de regels van het EG-Verdrag en van deze Akte inhouden, voorzover en voor zolang zij strikt noodzakelijk zijn om de in lid 1 bedoelde doelstellingen te verwezenlijken. Bij voorrang moeten die maatregelen worden gekozen die de werking van de gemeenschappelijke markt het minst verstoren.