Einde inhoudsopgave
Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Artikel 7.49b Hoogte van de vergoeding voor premasters en educatieve modules
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2023
- Bronpublicatie:
03-06-2023, Stb. 2023, 192 (uitgifte: 12-06-2023, kamerstukken: 36132)
- Inwerkingtreding
01-09-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-06-2023, Stb. 2023, 249 (uitgifte: 10-07-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
1.
Artikel 7.4, eerste en tweede lid, is op de berekening van de studielast van een premaster of een educatieve module van overeenkomstige toepassing.
2.
De vergoeding voor een premaster met een studielast van 60 studiepunten of meer bedraagt maximaal het volledige wettelijk collegegeld, bedoeld in artikel 7.45, eerste lid, of, in geval van doorstroming naar een masteropleiding bij de Open Universiteit, maximaal het collegegeld OU, bedoeld in artikel 7.45b, eerste lid.
3.
In afwijking van het tweede lid, bedraagt de vergoeding voor studenten die niet tot één van de groepen van personen, bedoeld in artikel 2.2 van de Wet studiefinanciering 2000 behoren, noch de Surinaamse nationaliteit bezitten, voor een premaster met een studielast van 60 studiepunten of meer minimaal de hoogte van het volledige wettelijk collegegeld, bedoeld in artikel 7.45, eerste lid, of, in geval van doorstroming naar een masteropleiding bij de Open Universiteit, minimaal het collegegeld OU, bedoeld in artikel 7.45b, eerste lid.
4.
De vergoeding voor een premaster of een educatieve module van minder dan 60 studiepunten bedraagt maximaal een proportioneel deel van het wettelijk collegegeld, bedoeld in artikel 7.45, eerste lid, of, in geval van doorstroming naar een masteropleiding bij de Open Universiteit, maximaal een proportioneel deel van het collegegeld OU, bedoeld in artikel 7.45b, eerste lid.
5.
In afwijking van het vierde lid, bedraagt de vergoeding voor studenten die niet tot één van de groepen van personen, bedoeld in artikel 2.2 van de Wet studiefinanciering 2000 behoren, noch de Surinaamse nationaliteit bezitten, voor een premaster of een educatieve module met een studielast van minder dan 60 studiepunten minimaal een proportioneel deel van het volledige wettelijk collegegeld, bedoeld in artikel 7.45, eerste lid, of, in geval van doorstroming naar een masteropleiding bij de Open Universiteit, minimaal het proportionele deel van het collegegeld OU, bedoeld in artikel 7.45b, eerste lid.
6.
Artikel 7.47 is van overeenkomstige toepassing op het voldoen van de vergoeding voor een premaster en de vergoeding voor een educatieve module.