BNB 1968/171
HvJ EG, 03-04-1968, nr. Zaak 28/67
HvJ EG 03-04-1968, ECLI:EU:C:1968:17, m.nt. C.P. Tuk
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
3 april 1968
- Zaaknummer
Zaak 28/67
- Noot
C.P. Tuk
- LJN
AX5692
- JCDI
JCDI:ADS885072:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:1968:17, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 03‑04‑1968
- Wetingang
Samenvatting
Art. 95, alinea 1, van het EEG-verdrag is rechtstreeks bindend en doet voor justitiabelen individuele rechten ontstaan, welke door de nationale rechter moeten worden gewaarborgd.
Onder ,,binnenlandse belastingen welke, al dan niet rechtstreeks, op gelijksoortige nationale produkten worden geheven'', bedoeld in art. 95, alinea 1, zijn te verstaan alle belastingen welke - in alle stadia van voortbrenging en van verhandeling, welke aan de invoer van het produkt uit andere lid-staten voorafgaan of daarmede samenvallen het nationale produkt daadwerkelijk en bepaaldelijk treffen.
Art. 97, alinea 1, dat toepasselijk is wanneer lid-staten welke omzetbelasting heffen volgens het cumulatieve cascadestelsel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.