BNB 2002/53
Pensioenverplichting in eigen beheer die op verzoek van de gerechtigde moet worden ondergebracht bij erkende verzekeraar
HR 28-09-2001, ECLI:NL:HR:2001:ZC8111, m.nt. J.A.G. van der Geld
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 september 2001
- Magistraten
Zuurmond; Brunschot, van; liet, van; Lourens; Bavinck
- Zaaknummer
36 090
- Conclusie
A-G mr. Van Kalmthout
- Noot
J.A.G. van der Geld
- LJN
ZC8111
- JCDI
JCDI:ADS888401:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:ZC8111, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑09‑2001
ECLI:NL:HR:2001:ZC8111, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑09‑2001
- Wetingang
Art. 8 Wet Vpb. 1969 jo. art. 9
Essentie
Pensioenverplichting in eigen beheer die op verzoek van de gerechtigde moet worden ondergebracht bij erkende verzekeraar
Samenvatting
Belanghebbende, de moedermaatschappij van een fiscale eenheid, waardeert de pensioenverplichting van haar dochtermaatschappij jegens haar directeur en enig aandeelhouder volgens het in 1994 nog toegestane lineaire stelsel. De pensioengerechtigde heeft het recht te eisen dat bij zijn terugtreden uit een beleidsbepalende rol zijn pensioenrechten worden ondergebracht bij een professionele verzekeraar.
Het Hof oordeelt dat bij de waardering van de pensioenverplichting met de kans dat de pensioengerechtigde onderbrenging bij een professionele verzekeraar zal eisen, in beginsel rekening mag worden gehouden. Bij die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.