FED 1996/556
HR, 08-07-1996, nr. 30 918
HR 08-07-1996, ECLI:NL:PHR:1996:AA1907
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juli 1996
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der; Soest, van
- Zaaknummer
30 918
- LJN
AA1907
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AA1907, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑07‑1996
ECLI:NL:PHR:1996:AA1907, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑07‑1996
- Wetingang
Art. 13 (oud) Wet Vpb. 1969
Uitspraak
Belanghebbende, X NV, verzorgde in 1987 de plaatsing van 975 aandelen tegen een brutoprovisie van 2,5% van de gerealiseerde opbrengst. De provisie is door X NV verrekend met de opbrengst van de plaatsing. X NV heeft zelf 130 van de te plaatsen aandelen genomen. De door X NV genomen aandelen vormden te zamen met andere door haar verworven aandelen een deelneming ex art. 13 Vpb. 1969.
In geschil is of de inspecteur de provisie ter zake van de door X NV zelf genomen aandelen terecht tot X NV's winst over 1987 rekende.
Hof Amsterdam stelt de inspecteur ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.