FED 1985/610
1. Nu uit de uitspraak van het hof niet blijkt, dat aan de belanghebbende gelegenheid is gegeven kennis te nemen van en zich uit te laten over tijdens de zitting door de gemeente overgelegde stukken, waaraan het hof voor zijn beslissing waarde heeft toegekend, kan de uitspraak niet in stand blijven. 2. Nu het hof niet heeft verklaard waarom aan een voorlichtende publikatie niet een gerechtvaardigd vertrouwen mocht worden ontleend kan de uitspraak op dit punt niet in stand blijven. 3. Het hof had niet de vrijheid zich in zijn schriftelijke uitspraak alsnog uit te laten over een grief waarover het hof zich in de mondelinge uitspraak niet had uitgelaten.
HR 08-05-1985, ECLI:NL:HR:1985:AW8283, m.nt. M.J. Smid
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 mei 1985
- Magistraten
Dijk, Van; Vucht, Van; Vorm, Van Der; Stoffer; Baardman
- Zaaknummer
22 774
- Noot
M.J. Smid
- LJN
AW8283
- JCDI
JCDI:ADS204481:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AW8283, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑05‑1985
- Wetingang
Essentie
1. Nu uit de uitspraak van het hof niet blijkt, dat aan de belanghebbende gelegenheid is gegeven kennis te nemen van en zich uit te laten over tijdens de zitting door de gemeente overgelegde stukken, waaraan het hof voor zijn beslissing waarde heeft toegekend, kan de uitspraak niet in stand blijven. 2. Nu het hof niet heeft verklaard waarom aan een voorlichtende publikatie niet een gerechtvaardigd vertrouwen mocht worden ontleend kan de uitspraak op dit punt niet in stand blijven. 3. Het hof had niet de vrijheid zich in zijn schriftelijke uitspraak alsnog uit te laten over een grief ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.