BNB 1992/294
HR, 17-06-1992, nr. 26 777: meerderheidsregel I
HR 17-06-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC5015, m.nt. G.J. van Leijenhorst (meerderheidsregel I)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 juni 1992
- Magistraten
Stoffer; Mijnssen; Wildeboer; Urlings; Zuurmond
- Zaaknummer
26 777
- Noot
G.J. van Leijenhorst
- LJN
ZC5015
- Roepnaam
meerderheidsregel I
- JCDI
JCDI:ADS886975:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC5015, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑06‑1992
ECLI:NL:PHR:1991:22, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 02‑01‑1991
- Wetingang
(Gelijkheidsbeginsel; art. 273 gemeentewet; Verordening onroerend-goedbelastingen 1986 Zoetermeer)
Samenvatting
Toepassing van het gelijkheidsbeginsel bij een niet-incidenteel gemaakte fout
Bij de vaststelling van de waarde in het economische verkeer van een aantal woningen heeft de gemeentelijke taxateur een taxatiefout gemaakt, waardoor de heffingsgrondslag ongeveer 70% van de waarde bedraagt. Het Hof heeft geoordeeld dat belanghebbende met betrekking tot zijn met de vorenbedoelde woningen vergelijkbare woning op grond van het gelijkheidsbeginsel aanspraak kan maken op dezelfde gunstige behandeling.
HR: De opvatting dat ook aanleiding kan bestaan tot toepassing van het gelijkheidsbeginsel in gevallen waarin een juiste wetstoepassing als gevolg van een niet-incidenteel gemaakte fout achterwege is gebleven, is juist ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.